Bedrijven ontdekken verborgen talent Universiteit Maastricht
De Universiteit Maastricht brengt haar meest getalenteerde studenten Data Science & Artificial Intelligence en Computer Science in contact met innovatieve bedrijven. Via de excellentieprogramma’s KE@Work en CS@Work, leveren studenten direct waarde voor bedrijven, of het nu gaat om baanbrekend onderzoek, praktische toepassingen of toegang tot een stroom getalenteerde professionals.
Robin Diederen, CTO bij NLcom, en Bart van Wunnik, Manager Operations Smart Data Services van NLcom, vertellen hoe hun betrokkenheid vier jaar gelden begon. Professor Frank Thuijsman van het Department of Advanced Computing Sciences (DACS) bracht hen in contact met KE@Work. “We zagen meteen de kansen en voordelen voor zowel studenten als NLcom, dus besloten we mee te doen,” herinnert Diederen zich. In het begin vond NLcom het een uitdaging om een passende opdracht voor studenten te definiëren, maar de potentie was duidelijk. NLcom begleidde inmiddels vier KE@Work-studenten en één CS@Work-student, en beide programma’s zijn nu een vast onderdeel van hun bedrijfsvoering.
KE vs. CS@Work
Voor bedrijven als NLcom ligt de kracht van KE@Work in de diepgang van het onderzoek en de kwaliteit van het werk dat studenten twee jaar lang leveren. Van Wunnik benadrukt: “De opdrachten die we met KE@Work-studenten oppakken, zijn complex. Ze vragen om uitgebreid onderzoek en tijd om niet-triviale oplossingen en algoritmen te ontwikkelen.” De begeleiding door universitaire onderzoekers zorgt ervoor dat studenten hoogwaardige resultaten afleveren en bedrijven diepgaand inzicht krijgen in hun projecten. “De papers die studenten produceren, zijn indrukwekkend,” voegt Van Wunnik toe.
CS@Work-studenten zijn praktischer ingesteld. Zij richten zich eerst op implementatie en later op onderzoek. “Informaticastudenten leveren vanaf dag één iets tastbaars op,” legt Van Wunnik uit. “Ze hebben een jaar de tijd dus moeten ze meteen aan de slag.” Dit onderscheid creëert een natuurlijke synergie: KE@Work-studenten kunnen een proof-of-concept ontwikkelen, terwijl CS@Work-studenten dit operationeel maken en integreren in praktische toepassingen.
Een verborgen parel
Bas Lemmens, projectmanager bij DACS, benadrukt dat de @Work-programma’s niet alleen getalenteerde studenten uitdagen, maar hen ook voorbereiden op de Nederlandse arbeidsmarkt. “We zijn rare mensen,” grapt Lemmens, verwijzend naar de directe, niet-hiërarchische werkcultuur in Nederland. “Studenten moeten leren hun mening te geven, wat een uitdaging kan zijn als ze niet gewend zijn aan onze werkwijze.”
Het programma fungeert ook als brug tussen universiteit en bedrijfsleven en helpt bedrijven de sterke punten van de universiteit te herkennen. “We zijn een verborgen parel die bedrijven geleidelijk aan ontdekken, nu steeds meer mensen weten dat we een van de grootste academische data science- en AI-opleidingen van Nederland zijn,” legt Lemmens uit. Met meer dan 1.400 studenten in bachelor- en masteropleidingen fungeren KE@Work- en CS@Work-studenten als ambassadeurs, die het talent van de universiteit aan potentiële werkgevers laten zien.
De ervaring van studenten
Voor Maria Duţă en Laura Morales, beide studenten Data Science en Kunstmatige Intelligentie, was KE@Work een waardevolle ervaring. Morales, een tweedejaarsstudente, koos voor de Universiteit Maastricht vanwege KE@Work. “Ik wist ervan voordat ik hier kwam,” zegt ze. “Het was een van de redenen om voor deze universiteit te kiezen. De internationale omgeving en de kans om aan echte projecten te werken, trokken me enorm aan.”
Duţă’s pad was praktischer. “Maastricht was mijn reserveoptie,” geeft ze toe. “Omdat ik geen huis kon vinden in Eindhoven, belandde ik hier.” Toch werd het KE@Work-programma al snel een hoogtepunt. “Ik twijfelde of ik me voor twee jaar wilde vastleggen, maar na het ontmoeten van Robin en Bart voelde ik een goede energie. Het project was interessant, dus ik besloot de sprong te wagen.”
Beide studenten benadrukten dat de balans tussen werk en studie goed te behappen is. “Ik was bang dat het te veel zou worden,” zegt Morales, “maar de verdeling van drie dagen op de universiteit en twee dagen werken is perfect.” Van Wunnik voegt toe dat NLcom studenten ondersteunt tijdens tentamenperiodes, zodat hun studie voorrang krijgt als dat nodig is.
Master@Work en verder
Het succes van beide @Work-programma’s leidde tot een nieuw initiatief: Master@Work. Lemmens onthult dat bij het Department of Advanced Computing Sciences een pilot loopt waarbij masterstudenten twee jaar bij een bedrijf werken terwijl ze hun diploma halen. “Het is een manier om werk en studie op een gevorderd niveau te integreren,” legt hij uit.
Voor studenten als Duţă en Morales, die van plan zijn in Maastricht te blijven voor hun master, zijn dergelijke programma’s onmisbaar. “Zonder Master@Work kan ik niet zowel studeren als werken,” zegt Duţă. De langdurige samenwerking stelt studenten in staat hun expertise te vergroten, terwijl ze tegelijkertijd een waardevolle bijdrage leveren aan hun werkgevers.
Een model voor de toekomst
De KE@Work- en CS@Work-programma’s laten zien hoe universiteit en bedrijfsleven kunnen samenwerken voor wederzijds voordeel. Bedrijven krijgen toegang tot innovatief onderzoek en getalenteerde studenten, terwijl studenten praktische ervaring opdoen en een soepelere overgang maken naar de, bij voorkeur, Nederlandse arbeidsmarkt. Zoals Lemmens het verwoordt: “Het gaat er niet alleen om studenten hier te houden, maar om ze voor te bereiden op succes.”
Lees ook
-
Ron Heeren benoemd tot fellow van de Netherlands Academy of Engineering
Professor Ron Heeren, universiteitshoogleraar in Maastricht en directeur van het Maastricht MultiModal Molecular Imaging instituut (M4i), is benoemd tot fellow van de Netherlands Academy of Engineering (NAE).
-
DigiMach plaatst Maas-Rijn Euroregio in het hart van de industriële digitalisering
DigiMach (Digital Machining) is een nieuw grens overstijgend project dat België, Duitsland en Nederland verenigt rond een gemeenschappelijk doel: de digitalisering van de verspanende industrie in de Euregio Maas-Rijn versnellen.
-
Een krachtig onderwijsnetwerk voor Brabant en Limburg: betere aansluiting, minder uitval
Op 24 november 2025 tekenen scholen voor voortgezet onderwijs (VO) en instellingen voor hoger onderwijs (HO) in Brabant en Limburg voor het Onderwijsnetwerk Zuid-Nederland: één VO-HO-netwerk dat de doorstroom van leerlingen naar vervolgstudies verbetert en studie-uitval verlaagt.