Tegen alle verwachtingen in: een centre of excellence en een master Global Health opzetten in Iran

Sinds Iran politiek en economisch op een zijspoor is gezet, is het INPACT-project een van de weinige wetenschappelijke samenwerkingsverbanden tussen Europese en Iraanse universiteiten die zijn voortgezet. Belangrijk, omdat de afwezigheid van global health-opleidingen in Iran en de regio daaromheen een groot gemis zou betekenen in het onderwijs voor een nieuwe generatie gezondheidswerkers, beleidsmakers en beleidsbeïnvloeders. Ze zullen te maken krijgen met complexe volksgezondheidsproblemen, die niet aan bod komen in het traditionele zorgonderwijs. In Iran zal het consortium de masteropleiding Global Health opzetten, met een curriculum dat gericht is op de hele regio. Bovendien zal het een centre of excellence optuigen dat voorziet in de behoeften van de regio, en dat de ambitie heeft om uit te groeien tot een voorbeeld voor global-health-expertisecentra in de hele wereld. Prof. dr. Anja Krumeich van de afdeling Health, Ethics and Society van de Faculty of Health, Medicine and Life Sciences van de UM en prof. dr. Amirhossein Takian, voorzitter van de afdeling Global Health and Public Policy van de Tehran University of Medical Sciences (TUMS) weten wat er nodig is om een global health-project te doen slagen: wijsheid, leiderschap en geduld.

Behoeftes van de regio

Het virtuele interview is typisch voor de covid-19-situatie en eigenlijk ook voor de global health-sector, die verspreid zit over de hele aardbol. Anja Krumeich zit in lockdown in Noorwegen; Amirhossein Takian bevindt zich in Teheran, de interviewer in Maastricht. Maar het werkt allemaal goed en het is een inspirerende ervaring om naar twee wetenschappers te luisteren die jarenlang hebben samengewerkt om deze beurs te krijgen, en die dit internationale project op poten zetten. Tegen alle verwachtingen in, want wie had ooit gedacht dat, in een tijd van politieke sancties, een Europese en een Iraanse universiteit een Erasmus+-beurs zouden krijgen? Met deze beurs kan het consortium een centre of excellence opzetten. Amirhossein Takian: “Iran is een West-Aziatisch land, we maken deel uit van het Midden-Oosten en Noord-Afrika, en we horen bij het EMRO (het regionale kantoor van de WHO voor het oostelijke Middellandse Zeegebied). Dit gebied bestaat uit circa 25 landen, en hoewel het toentertijd nog geen global health heette, was Iran altijd actief en leidend op het gebied van zorgonderwijs en de samenwerking met andere landen wat betreft overdraagbare ziektes (zoals malaria) en primaire gezondheidszorg. Het centre of excellence dat we nu opzetten is niet alleen gericht op Iran. Dat is logisch, omdat een centrum voor maar één land ingaat tegen het principe van global health. Het moet echt een wereldwijde en voortdurende samenwerking zijn, met vooral gerenommeerde Europese universiteiten. Daarnaast zal de masteropleiding Global Health onder het centrum vallen en een van de diensten zijn die worden aangeboden. De eerste drie jaar van de beurs zijn net begonnen. Uiteindelijk zal de hele regio profiteren van een duurzaam centrum; dat was van het begin af aan onze bedoeling.”

Research at Tehran University of Medical Sciences (TUMS)
Tehran University of Medical Sciences (TUMS)

Uitdagingen

In een ander land een global health-programma opzetten klinkt misschien makkelijk, maar ieder programma heeft een andere, specifieke inhoud, zegt Krumeich. “Denk bijvoorbeeld aan de bijzondere eisen met betrekking tot milieu en gezondheid. Klimaatverandering heeft in Europa niet dezelfde invloed op de gezondheid als in Iran. Je kunt een cursus over klimaatverandering en gezondheid aanbieden in zowel Europa als Iran, maar de oplossingen, uitdagingen en mogelijkheden zullen in elk land verschillend zijn. Het idee is om te kijken naar welke grotere thema’s belangrijk zijn. Hoe moet je de specifieke problemen in de focuslanden in de regio oplossen?”

Veel problemen

De Iraanse regio kent een hoop problemen, zegt Takian: “We wonen in een regio waar geen tekort is aan rampen. Laten we eens een lijst maken van de verschillende moeilijkheden hier. Bovenaan staat dat we nog steeds in landen wonen waar de vrede onder druk staat. En vrede is nou juist een van de pilaren onder duurzame ontwikkeling. Duurzaam Ontwikkelingsdoel 16 luidt: vrede, justitie en sterke publieke diensten. Een van de problemen in deze regio, ook in mijn moederland, is dat instituties onvoldoende ontwikkeld zijn. Het verschilt per land, maar overal is de burgermaatschappij in meer of mindere mate onderontwikkeld; hetzelfde geldt voor de betrokkenheid van burgers bij het maken van beleid en bij governance. Ten tweede wordt de regio geteisterd door rampen, die zowel door de mens worden veroorzaakt, als natuurlijke rampen zoals overstromingen en aardbevingen. Er zijn wereldwijd 70 miljoen vluchtelingen en de helft bevindt zich in deze regio. Het derde grote probleem is klimaatverandering. We hebben in deze regio te maken met enkele specifieke verschijnselen die je in andere delen van de wereld niet ziet. In Iran hebben we bijvoorbeeld stofstormen die op verschillende manieren de gezondheid van mensen beïnvloeden. Dit komt het vaakst voor in het zeer dichtbevolkte zuidwesten van ons land, bij de grens met Irak. Beide landen hebben hier onder te lijden en we moeten samenwerken om dit probleem aan te pakken. Op de lijst staan ten slotte ook de problemen rond culturele tolerantie met betrekking tot global health, die, zeker in dit deel van de wereld, meer aandacht vereisen. Nog een voorbeeld: 95 procent van de poliogevallen komen voor in Pakistan, Irans oosterbuur. Mijn land is al 20 jaar poliovrij, maar we zijn nog steeds bang dat het in die regio terug zal keren, misschien deels omdat mensen heen en weer reizen, ondanks een uitgebreid vaccinatieprogramma in de Iraanse grensgebieden. Ik hoop dat we al deze én andere issues in het curriculum kunnen opnemen.”

Anja Krumeich

Prof. Dr. Anja Krumeich is professor in Translational Ethnographies in Global Health in het UM department of Health, Ethics and Society van de Faculty of Health, Medicine and Life Sciences. Zij ontwierp en coördineert het Maastricht Global Health Programme, verricht onderzoek en begeleidt onderzoek op het gebied van cultuur en gezondheid, global health governance, etniciteit en gezondheid, community involvement in (global) health care, en het implementeren van innovatie in global health.  
 

“Een partnerschap dat gebaseerd is op geduld, doorzettingsvermogen en wederzijds respect kan helpen om de kloof tussen verschillende werelden te dichten en de moeilijkste doelen te realiseren.”

Professor Dr. Anja Krumeich

Leren van elkaar

Het centre of excellence zal Train de Trainer (TdT)-trainingen verzorgen, onderzoek doen en een global health-trainingsprogramma opzetten met methodes die gebaseerd zijn op simulaties, gamification en case studies. Het programma zal ook echt ‘wereldwijd’ van opzet zijn. De staf zal niet noodzakelijkerwijs permanent zijn en de medewerkers komen uit de regio (waaronder Pakistan, Libanon, Tunesië en Afghanistan) en uit Europa (de partners in het project). Op de vraag of dit centre of excellence uniek is in de wereld van global health, antwoordt Krumeich: “Tot dusver is de focus van centres of excellence nogal beperkt. Wat uniek is bij ons centrum is de oprechte intentie om van elkaar te leren. We willen dit samen opbouwen, zonder ons iets aan te trekken van ouderwetse opvattingen over capaciteitsopbouw, waarbij Europese partners anderen trainen en helpen. Zo gaan we het in dit partnerschap niet doen. We vergeten soms wel eens dat er buiten Europa al heel lang tradities en instituties bestaan, waarmee we kunnen samenwerken op een manier die goed is voor allebei. Het is echt belangrijk om een regionaal centrum te hebben dat ook openstaat voor samenwerking met Europese partners, en in een later stadium misschien ook Noord-Amerikaanse en Afrikaanse partners. We hebben nu al genoeg partners in de hele wereld. Het is belangrijk om dit centrum te zien als de basis voor verdere samenwerking.”

Sancties

In mei 2018, toen de Verenigde Staten zich eenzijdig terugtrokken uit de nucleaire overeenkomst met Iran en opnieuw politieke sancties instelden, werd het voor Iran weer moeilijker om relaties in stand te houden. Hoe lukte het Krumeich en Takian, wier afdelingen het project trekken, en de andere partners om dit samenwerkingsverband tot stand te brengen en te behouden? Krumeich: “De samenwerking is jaren geleden tot stand gekomen, toen de situatie in Iran beter was. Omdat we al een hele sterke band hadden, lukte het ons om die te behouden. Ik moet ook de voorzitter van het College van Bestuur en de rector van de Universiteit Maastricht noemen, die besloten om het contract te tekenen, ondanks alle politieke en economische druk, en ondanks de huidige geopolitieke ontwikkelingen. In tijden dat formele kanalen voor samenwerking min of meer gesloten zijn, is het heel belangrijk om de informele kanalen open te houden. Dit soort samenwerking achter de schermen zorgt ervoor dat de wereld ook in zware tijden door blijft draaien.” Takian: “Ik wil mijn waardering uitspreken voor de wijsheid en de steun die de UM, de TUMS en het ministerie van Volksgezondheid en Medisch Onderwijs in Iran – om er maar enkelen te noemen - hebben laten zien. We kregen steun van vele kanten.” Zowel Krumeich als Takian zijn vooral zeer erkentelijk voor de rol van dr. Remco van de Pas van de UM en prof. Reza Majdzadeh van de TUMS; zonder hun enthousiasme en berokkenheid zou de samenwerking onmogelijk zijn geweest.

Prof. Dr. Amirhossein Takian

Prof. Dr. Amirhossein Takian is Hoofd van het Department of Global Health & Public Policy, en vice-decaan voor Internationale Zaken aan de School of Public Health van de Tehran University of Medical Sciences (TUMS) in Iran. Daarnaast is hij Adviseur voor de Hervorming van Medisch Onderwijs en lid van de Nationale Onderzoeksraad voor Gezondheidsbeleid, Economie en Management van het Ministerie van Gezondheid en Medisch Onderwijs van Iran.

“In global health maken vertrouwen, wederzijds respect, geduld, flexibiliteit en hoop het verschil. Dat is in het belang van de bevolking.”  

Prof. Dr. Amirhossein Takian

Hoe zit het met Probleemgestuurd Onderwijs?

Voor UM-ers die zich afvragen of het mogelijk is om Probleemgestuurd Onderwijs (PGO) toe te passen bij de nieuwe masteropleiding of niet (omdat het te veel zou verschillen van het huidige systeem), is het antwoord misschien verrassend. Iran blijkt in de gezondheidszorg voorop te lopen met PGO. Ze simuleren het niet, maar brengen het in de praktijk, zegt Takian: “Iran heeft een uniek zorgsysteem, waarin volksgezondheid, zorgonderwijs en de zorgpraktijk de afgelopen drie decennia zijn versmolten. We hebben 67 medische universiteiten in 31 provincies, die onderwijs geven, onderzoek doen en diensten leveren variërend van primaire zorg zoals vaccinaties tot zeer geavanceerde tweede- en derdelijnszorg. Bij onze universiteit zijn wij verantwoordelijk voor de brede volksgezondheid en global health-diensten, die we verplicht zijn om aan de bevolking aan te bieden. Hierdoor doen onze studenten, docenten en onderzoekers enorm veel praktijkervaring op, waar ze de rest van hun leven van zullen profiteren.”

Research at Tehran University of Medical Sciences (TUMS)

Lees ook

  • Als patiënt in een ziekenhuis zie je dagelijks veel verschillende gezichten aan je bed: een verpleegkundige die je bloeddruk meet, een arts of verpleegkundig specialist die jou informeert over het zorgplan en een voedingsdeskundige die jou voorziet van het juiste eten en drinken. Hoewel al deze...

  • Het Children’s Rights Research team werkte aan een rapport dat laat zien hoe de Verenigde Naties de rechten van deze groep kinderen kan opnemen in haar monitoring- en rapportagecycli.

  • Twee jaar geleden startten de Universiteit Maastricht en de Radboud Universiteit met een gezamenlijk aanbod om meer eerstegraads leraren voor de klas te krijgen in Limburg. De aandacht richtte zich toen op zij-instromers van buiten het onderwijs en op tweedegraads leraren die hun eerstegraads...