Nieuwe vormen van publieksparticipatie in klassieke muziek

Een fris geluid

Traditioneel is de bezoeker van een concert door een symfonieorkest vooral een stille, aandachtige luisteraar. Maar is dit ondertussen niet achterhaald? Kunnen we het spannender maken, zowel voor publiek als orkest? Het Nederlandse cultuurbeleid moedigt orkesten aan om te experimenteren met nieuwe vormen van publieksparticipatie. Voor Veerle Spronck reden om hierin te duiken en te onderzoeken wat er zoal bij deze innovatieve benadering komt kijken. Op 6 juli promoveert zij op dit onderwerp aan de Universiteit Maastricht.

Wat is een ‘goed’ concert?
“We moeten af van gebaande paden. Het begrip participatie roept weliswaar spanning op, maar geeft ook mogelijkheden,” aldus Veerle. “Wanneer de rol van het publiek verandert, leidt dat tot onbekende situaties door het hele organisatieproces heen die het bestaande esthetische kader doen rammelen. De orkesten moeten opnieuw reflecteren op hun routines, normen, manieren van werken en van evalueren en waarderen: wanneer vinden we het een ‘goed’ concert?”

Niet alleen organisatorisch, maar ook artistiek een uitdaging
Het gaat om veel meer dan alleen stoelen anders neer zetten. Veerle onderzocht experimentele concerten van o.a. philharmonie zuidnederland en het Rotterdams Philharmonisch Orkest. Ze vond uit dat er fundamentele vragen gesteld worden in zulke projecten: hoe kunnen we het publiek een andere, of misschien zelfs betere, esthetische ervaring geven? “Publieksparticipatie vernieuwen is dus niet alleen praktisch werk voor symfonieorkesten, maar ook artistiek werk.”

Meer weten? Veerle Spronck werd eerder geïnterviewd voor het tijdschrift van philharmonie zuidnederland. Het interview is hier terug te lezen (De Klank, nr. 3 2021-2022, p. 18-21).

veerle spronck1

Lees ook