Interdisciplinaire wetenschap: liever een gereedschapskist dan een hamer

Steeds vaker kijken academische medewerkers en studenten over de grenzen van hun specialismes heen en zoeken de samenwerking met andere vakgebieden. Zo ook aan de UM. Men beseft dat kruisbestuiving tot nieuwe ideeën en inzichten leidt en andere onderzoeksmethoden en resultaten kan voortbrengen. Je zou het met overspel kunnen vergelijken, zegt Tsjalling Swierstra met een knipoog, want het geeft spanning en nieuwe inspiratie.

Swierstra is professor filosofie van de techniek aan de Universiteit van Maastricht. En een liefhebber van prikkelende beeldspraak. In opdracht van het NWO heeft hij onderzoek gedaan naar innovatie. Zijn conclusie: de voordelen van interdisciplinariteit wegen zwaarder dan de nadelen. En wat interdisciplinair onderwijs betreft is UM op de goede weg.

Laten we beginnen met de nadelen. Die zijn vooral van praktische aard: gebouwen, infrastructuur, financiering. Ook wetenschappelijke tijdschriften en beurzen zijn nog steeds disciplinair verzuild. Een ander voorbeeld: de interdisciplinaire comités die zijn aangesteld om over promovendi te oordelen. Niet-vakgenoten kunnen elke argeloze hoogleraar in een lastig parket brengen. “Bij interne disciplinaire kwesties weet je wat er gaat komen, maar nu kan er uit een volslagen onverwachte hoek kritiek komen. Waar ik een positief oordeel zou vellen, kan iemand uit een ander vakgebied zeggen: dat is toch geen wetenschap wat jij doet, dat is niet spannend of interessant.”

Bij studenten kan verregaande grensoverschrijding tussen disciplines voor verwarring zorgen; ze kunnen het overzicht kwijtraken. “Omdat ze weinig zicht hebben op de afzonderlijke disciplines, weten ze dan niet meer waar in welk veld ze zich bevinden, dus je krijgt dan problemen zoals met ‘alles even opzoeken op het internet’: je weet bij god niet waar het vandaan komt en hoe het zich verhoudt tot een theoretisch raamwerk.”

Breder blikveld en sneller resultaat
Maar dit alles is klein bier vergeleken met de voordelen van interdisciplinariteit: een ander en vaak breder perspectief, nieuwe schakelingen, snellere resultaten en een frisse kijk op het eigen vakgebied. “Studenten moeten niet gaan denken dat de wereld in de categorieën komt die wetenschappers bedacht hebben; dat alles een natuurwetenschappelijk of chemisch probleem is. Want dan sta je daar met je aspirientje. De wereld komt namelijk niet in heldere doosjes.”

Volgens Swierstra worden we ons steeds meer bewust dat onze wereld bestaat uit heterogene complexe netwerken en dat die zich niet laat vangen in disciplinaire categorieën en problem-solving strategiën. “Je kunt wel eens ergens een tijd lang disciplinair aan pulken, maar de uitkomsten daarvan moeten toch weer die wereld in, en in contact gebracht worden met allerlei andere vindingen vanuit andere specialismes.”

Beter inzetbaar
In die zin zullen studenten die hun opleiding hebben genoten in een interdisciplinaire omgeving beter beslagen ten ijs komen wanneer ze de arbeidsmarkt opgaan.                    

“Als jij alleen maar met een hamer de wereld inloopt, zie je alleen maar spijkers. Als je een gereedschapskist meeneemt, dan zie je veel meer. En dat vind ik een groot voordeel. Als we erkennen dat golden bullets niet bestaan - oplossingen zijn altijd even complex als problemen - dan houdt dat in dat je altijd een vorm van samenwerking nodig hebt: met andere mensen, andere dingen, andere technieken.”

Bovendien heeft de maatschappij weinig te schaften met scherp afgebakende disciplines, die wil gewoon resultaten zien. De omslag zie je vanaf de jaren tachtig, zegt Swierstra. “Dan ontstaat er een grotere vraag naar een probleem-georiënteerde benadering. De samenleving wil in toenemende mate waar voor haar geld en gelooft niet langer dat puur fundamenteel onderzoek de meest efficiënte weg is om bepaalde doelen te realiseren. Dan krijg je korter lopend onderzoek, waarin het niet meer gaat om de wetenschappelijke elegantie en zuiverheid van de disciplines, maar om de vraag of het werkt.”

Dienstmaagd van de techniek
Deze ontwikkeling wordt ook wel geassocieerd met een omslag van wetenschap en techniek. Waar er voorheen het woord wetenschap stond, kun je tegenwoordig het woord techniek of technologie vinden. “Technologie wordt niet langer als tweederangs beschouwd ten opzichte van wat theoretische fysici deden. Sterker nog, de wetenschap is nu in hoge mate technology-driven.”

“Je ziet het bij het DNA-onderzoek in Amerika, maar ook hier in Maastricht, dat grote investeringen in chique machines je een voorsprong geven: er komen hele goede wetenschappers op af, je kunt sneller publiceren dan de concurrent. Men kan de wetenschap tegenwoordig als dienstmaagd van de techniek zien. We willen gadgets, gezondheidsoplossingen, cyber veiligheid, sustainability, en de wetenschap moet daar oplossingen voor vinden. Uiteindelijk is de wetenschap dan dus dienend aan de techniek. En daarbij vervagen de grenzen tussen traditionele disciplines.”

UM in de voorhoede
Vergeleken met andere universiteiten, is UM verder met het interdisciplinair onderwijs en onderzoek, stelt Swierstra. “Dat heeft te maken met het feit dat de UM een jonge universiteit is die van meet af aan toch minder verkokerd is geweest. Die vrij klein is, waar mensen elkaar altijd tegenkomen. Die perifeer gelegen is, wat betekent dat mijn relevant others, vanuit disciplinaire banden gezien, op grote afstand zitten.”

“Bovendien is er wat betreft de maatschappelijke valorisatie een redelijk wijs beleid gevoerd, waardoor de probleem-georiënteerde aanpak vanaf de oprichting toch een beetje in het DNA van deze universiteit zit. Er wordt weinig gekissebist tussen wetenschappers en men heeft wel de bereidheid om snel te schakelen. Dus ik denk dat we het verhoudingsgewijs goed doen.”

Tekst: Theo Tamis

Lees ook

  • Wat betekent het om te wonen, werken, ondernemen en leven in een stad en regio met een internationale universiteit. Wat merk je ervan en wat heb je er eigenlijk aan? We vroegen het aan Maastrichtenaar Stefan Vrancken (50). Stefan werkt als toegevoegd notaris, maar duikt in de tijd die hij daarnaast...

  • Alisa verhuisde op 17-jarige leeftijd van Moskou naar Nederland om eerstejaars bachelorstudent Regenerative Medicine and Technology (RMT) te worden. De avontuurlijke geest van Alisa drijft haar steeds naar gloednieuwe ervaringen, zoals de RMT bacheloropleiding en haar hobby Tribal Fusion dansen.

  • Een internationaal onderzoeksconsortium, waaronder NUTRIM-onderzoeker Zlatan Mujagic en andere Maastrichtse onderzoekers, heeft onderzoek gedaan naar de effecten van stress op de darmen. Dit onderzoek heeft eindelijk ontrafeld hoe stress leidt tot verergering van inflammatoire darmziekten. Deze...