“We zijn pioniers van een nieuwe tak van engineeringwetenschappen, niet alleen voor Maastricht, maar voor de wereld.”
UM Connect Day 2024
- alumni meeting
[Event in English]
Are you ready to learn, grow, and (re)connect with fellow UM alumni? This is the perfect place to meet other alumni and engaging speakers while exploring various interesting topics in breakout sessions.

Mochten er nog vragen zijn dan is er via onderstaande links additionele /diepgaandere informatie beschikbaar. Mochten de vragen niet beantwoord zijn kan er contact opgenomen worden met de BVF.
GGO wet en regelgeving
BVF-platform
Commissie Genetische Modificatie (COGEM)
Bureau GGO (BGGO)
Loket gentherapie
Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA) - dierlijke bijproducten regeling
Het Nagoya Protocol
De minimale instructie die een ABV/VM/OL aan nieuwe ggo-medewerkers of medewerkers die toegang nodig hebben tot ggo-laboratoria dient te geven is terug te vinden via deze link. Nadat de voorlichting is gegeven kan de ABV bij de BVF toelating aanvragen voor de betreffende persoon tot de ggo-laboratoria middels het formulier Approval as GMO worker. Criteria voor toelating medewerkers tot de diverse inperkingsniveaus zijn terug te vinden in de procedure Toelating van ggo medewerkers tot diverse inperkingsniveau's.
In de master Biomedical Sciences wordt jaarlijks een Biosafety cursus gegeven door de BVF. Deze vindt meestal plaats in november/december en is ook toegankelijk voor medewerkers. Indien de cursus succesvol is afgesloten, ontvangt men een Biosafety certificaat. Medewerkers kunnen zich inschrijven bij de BVF.
Activiteiten met biologisch materiaal voor onderwijs/demonstratie doeleinden, dienen ten alle tijden in laboratoria plaats te vinden. Indien gebruikt wordt gemaakt van dierlijk materiaal dient tevens aan de dierlijke bijproducten regeling te worden voldaan. Ook dierlijk materiaal gekeurd voor consumptie (gekocht in de winkel) valt onder deze regeling, omdat het dierlijk materiaal niet voor consumptie gebruikt wordt. Voor meer informatie neem contact op met de BVF.
Het Nagoya Protocol betreft regelgeving met betrekking tot de toegang tot genetische bronnen. Het Nagoya Protocol schept rechten en verplichtingen voor landen die het ondertekend hebben. Het protocol geeft landen die de genetische bronnen bezitten, de mogelijkheid een tegenprestatie te vragen aan burgers en bedrijven die hun bronnen gebruiken. Nederland heeft deze wetgeving met betrekking tot het Nagoya-protocol sinds 16 april 2016 aangenomen.
Wat de implicaties zijn voor wetenschappers en wat wetenschappers moeten doen voordat ze met genetische bronnen gaan werken, kun je lezen op de FHML-website.
Vragen met betrekking tot het Nagoya Protocol kunnen gestuurd worden naar info-nagoyaprotocol@maastrichtuniversity.nl
Om verspreiding van (pathogene) micro-organismen te voorkomen, ter bescherming van mens en milieu, zijn er strikte procedures voor het verzenden en transporteren van verschillende biologische materialen. De geldende procedures staan hieronder beschreven.
GGO/Biologisch materiaal
De geldende regels voor het verzenden van genetisch gemodificeerde organismen (ggo) en biologisch materiaal (over de weg en door de lucht) staan beschreven in werkinstructie Vervoer van ggo’s en biologisch materiaal.
Dierlijke bijproducten (DBP) die voor wetenschappelijk onderzoek of onderwijs worden gebruikt, moeten op de juiste manier worden gehanteerd, gebruikt, verwerkt of afgevoerd. Onder DBP wordt verstaan dode dieren of delen van dieren, producten van dierlijke oorsprong of andere producten die uit dieren zijn verkregen en die niet voor menselijke consumptie bestemd zijn of gebruikt worden. Levende dieren en humaan materiaal worden niet gezien als DBP. Onderzoekers kunnen met vragen over DBP terecht bij de BVF.
Verzending/transport van dierlijke bijproducten binnen de EU en Nederland
Voor verzending/transport van DBP binnen de Europese Unie, inclusief Nederland, is een ingevuld handelsdocument noodzakelijk. Tevens dient het document voorzien te zijn van een cat. 1 label. In deze link is weergegeven hoe het handelsdocument ingevuld dient te worden.
Dierlijke bijproducten buiten de EU
Voor het transport van DBP buiten de Europese Unie (EU) dient onderscheidt gemaakt te worden tussen het verzenden en importeren van DBP. Voor het verzenden van DBP naar niet-EU landen, dient men de geldende procedures van het ontvangende land te volgen.
Voor het importeren van DBP uit niet-EU landen is een importontheffing noodzakelijk. Deze importontheffing kan bij de BVF opgevraagd worden. Het importeren van DBP is aan strikte voorwaarden gebonden, welke beschreven staan in de procedure Invoeren dierlijke bijproducten uit niet EU-landen.
Opmerking: Verenigd Koninkrijk, Noorwegen en Zwitserland zijn niet-EU landen.