MOSaR: nieuwe onderzoeksgroep van de Faculteit der Rechtsgeleerdheid gelanceerd
De Faculteit der Rechtsgeleerdheid van Universiteit Maastricht heeft een nieuwe onderzoeksgroep. Het Maastrichts Onderzoekscentrum voor Samenleving en Recht (MOSaR) werd op woensdag 27 november gelanceerd tijdens een kleinschalige, interne bijeenkomst. MOSaR streeft ernaar het onderzoek op het terrein van de Nederlandse rechtsorde te bundelen, intensiveren en beter zichtbaar maken. En dat met een duidelijk Maastrichtse signatuur: probleem-georiënteerd, rechtsgebiedoverstijgend en maatschappijgericht.
De lancering van MOSaR markeert volgens Raymond Schlössels (hoogleraar bestuursrecht en voorzitter van MOSaR) een belangrijk moment voor de faculteit. “Hiermee geeft de faculteit een duidelijk signaal: zij is sterk in internationalisering en Europees recht, maar verliest de nationale rechtsorde niet uit het oog. We willen midden in de Nederlandse samenleving staan en werken aan oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken die ons allemaal raken. Of het nou gaat om de stikstofcrisis, het borgen van welvaart in brede zin, het versterken van het vertrouwen in het bestuur of om het goed functioneren van de parlementaire democratie.” Daarnaast ziet Schlössels de onderzoeksgroep als een belangrijke schakel in het versterken van de opleiding Rechtsgeleerdheid én de meertaligheid van de faculteit.
Goed van start
De eerste promotieprojecten binnen MOSaR zijn inmiddels van start gegaan. “Neem bijvoorbeeld het onderzoek van Yvonne Damoiseaux. Zij doet onderzoek naar evenredigheidstoetsing en maatwerk’, vertelt Schlössels. “Daarnaast staat er een project over het belang van rechtsdogmatisch onderzoek op de rails.” Ook vervult Schlössels zelf een rol in een onderzoek naar de Nederlandse wetgeving rondom verkeersboetes, iets heel maatschappelijks.
Meer over MOSaR
Wil je meer weten over MOSaR? Ga naar de webpagina!
Lees ook
-
Per 1-1-2025 heeft het CvB Sarah benoemd tot hoogleraar.
-
Per 1-1-2025 heeft het CvB Sjoerd benoemd tot hoogleraar.
-
Rechtbanken gebruiken steeds vaker digitale tools in strafzaken. Via een videoverbinding kunnen verdachten hun proces 'bijwonen'. Dit wakkerde de nieuwsgierigheid van Christina Peristeridou aan: hoe kan effectieve participatie worden bereikt in een virtuele setting?