Opvoeding en gewoontevorming

Op de leeftijd van 2 jaar waren er al duidelijke verschillen in opvoedingspraktijken van de ouders te zien. Sommige ouders leggen meer beperkingen op aan wat het kind mag eten. Een opvoedingsstijl waarbij het kind beperkingen krijgt opgelegd, leidt, zoals verwacht, tot gezondere eetgewoonten bij het kind, maar heeft minder invloed bij kinderen die neigen tot gedrag dat duidt op depressiviteit, angst of overactiviteit. Verder blijkt voeding van 2-jarige kinderen samen te hangen met beweging, waarbij minder gezonde eetgewoonten vaak samengaan met inactief gedrag, zoals televisiekijken.

Op 5-jarige leeftijd werd dit verder bevestigd. Op die leeftijd konden we vier patronen onderscheiden van samenhangende gedragingen, waaronder bijvoorbeeld een gezond patroon (meer dan gemiddelde groente- en fruit- en visinname) en een minder gezond patroon (meer dan gemiddelde zittend leven en meer snoepen). Deze patronen waren verschillen tussen jongens en meisje, en hielden verband met de eetlust van het kind, en met kenmerken van de ouders (opleiding, buitenshuis werken van de moeder, lichaamsgewicht). Zoals verwacht namen de kinderen met een minder gezond leefpatroon tussen hun 5de en 8ste levensjaar meer toe in lichaamsgewicht in vergelijking met de kinderen met de andere leefpatronen, en ontwikkelden zij tweemaal zo vaak overgewicht. Dit toont het belang aan van aandacht voor zowel voeding als lichaamsbeweging op een jonge leeftijd. Een positieve aanpak door de ouders kan daarbij helpen om overgewicht bij kinderen te voorkómen.

Kieskeurig eten - Kinderen die kieskeuring eetgedrag vertonen zijn vaker of te zwaar, of te licht. We hebben daarom onderzocht of de manier van opvoeden hier een relatie mee heeft. We hebben de manier van opvoeden vergeleken met het gewicht en lengte van de kinderen, maar vonden geen verband. Wel zagen we dat kieskeurige kinderen op 5-jarige leeftijd korter waren en vaker ondergewicht hadden dan kinderen die niet kieskeurig aten. 

Dutjes overdag en obesitas - uit onderzoek is gebleken dat een verminderde nachtrust bij kan dragen aan het versterkte risico op obesitas in kinderen. Maar of dit ook geldt voor middagslaapjes bij peuters was nog onbekend. Daarom hebben we dit onderzocht en hebben we gekeken naar het aantal uren dag- en nachtrust op 2-jarige leeftijd en de BMI op 5, 6, 7, 8 en 9-jarige leeftijd. We vonden dat kortere nachtslaap gepaard ging me t een hoger risico op een hoog BMI, maar vonden geen verband tussen de hoeveelheid dag-rust en het gewicht. Daarom is dag-rust waarschijnlijk minder relevant in de preventie van obesitas bij kinderen dan nachtrust. 

Schermtijd en slaap in relatie tot ADHD - Er wordt vaak beweerd dat te veel TV kijken of computeren niet goed is voor de ontwikkeling van kinderen. We hebben daarom onderzocht of er een verband is tussen de hoeveelheid schermtijd (Tv-kijken, computeren etc.) en slaap op jonge leeftijd (2-6 jaar) en de kans op het krijgen van ADHD op latere leeftijd (8-10 jaar). Op deze leeftijd ging het niet om vele uren per dag, maar er is geen verband gevonden. 

Vorige pagina