Interprofessioneel opleiden in de zorg
Bij de Faculty of Health, Medicine and Life Sciences streven studenten en staf ernaar om een verschil te maken. Zo werkt Carlos aan het bioprinten van niermodellen. En Stefanie focust op de functionaliteit in borstreconstructies. In ‘Nice to meet you’ stellen deze mensen zich voor en vertellen ze over hun werk bij FHML.
Volgens de WHO is er sprake van interprofessionele samenwerking wanneer meerdere gezondheidswerkers met verschillende professionele achtergronden samenwerken met patiënten, families, verzorgers en gemeenschappen om zorg van de hoogste kwaliteit te leveren in verschillende settings.
Goede interprofessionele samenwerking leidt immers tot beter ervaren zorg, betere resultaten in de gezondheidszorg en duurzame inzetbaarheid van zorgprofessionals. Als katalysator voor een betere gezondheidszorg moeten studenten worden voorbereid op deze toekomstige, interprofessionele samenwerking. We doen dit vaak door middel van interprofessioneel onderwijs, waarbij studenten van twee of meer beroepen in de gezondheidszorg (bijv. artsen, verpleegkundigen en fysiotherapeuten) over, van en met elkaar leren. Renee Stalmeijer, Universitair Hoofddocent aan de afdeling Onderwijsontwikkeling en Onderzoek en de School of Health Professions Education, onderzoekt hoe en wanneer we studenten het beste kunnen voorbereiden op interprofessionele samenwerking.
Interacties binnen gezondheidszorg
“We leren van elkaar door met elkaar te interacteren” stelt Renee, gebaseerd op de principes van de Socio-Culturele leertheorieën. Dit geldt natuurlijk voor alle beroepen, maar Renee heeft zich de afgelopen 20 jaar toegelegd op de gezondheidszorg. “Toen ik onderwijswetenschappen studeerde, kreeg ik les van zowel de Faculty of Health, Medicine and Life Sciences als de School of Business and Economics. Voor mijn stage wilde ik onderzoeken waarom curricululum veranderingen vaak zo'n weerstand oproepen, en toevallig was de bachelor Geneeskunde op dat moment bezig met een grote curriculumverandering, dus dat werd mijn afstudeeronderwerp. Ik fietste heen en weer over de Maas om aan mijn scriptie te werken en data te verzamelen totdat ik afstudeerde en een dubbele baan kreeg aangeboden bij FHML: deels als lid van de Task Force Program Evaluation, specifiek voor het voor het geneeskunde curriculum en deels als PhD-kandidaat.
Feedback teruggekaatst
Tijdens haar PhD ontwikkelde Renee de 'Maastricht clinical teaching questionnaire'. Een valide en betrouwbaar instrument voor de evaluatie van klinische docenten door studenten, dat nu op internationaal niveau wordt gebruikt in verschillende beroepen in de gezondheidszorg. “Na mijn promotie ben ik blijven werken aan coschappen, de medische vervolgopleiding en werkplekleren. Ik volg de geafillieerde ziekenhuizen en zorginstellingen waar onze studenten stage lopen en monitor of hun onderwijs en begeleiding overeenkomt met onze onderwijsprincipes.”
Renee zag hoe vanzelfsprekend het was dat medische studenten op de werkplek in contact kwamen met andere beroepen, maar dat onvoldoende erkend werd hoe belangrijk dat was voor hun professionele ontwikkeling. “Als een nieuwe student op een medische afdeling begint en moet begrijpen hoe het er daar aan toegaat, dan heeft hij of zij baat bij degenen met de meeste ervaring, en dat is vaak het verplegend personeel, niet alleen artsen. De rol van alle leden van het zorgteam als begeleiders voor voor medische studenten en AIOS verdient meer aandacht.”
“Als een nieuwe student op een medische afdeling begint en moet begrijpen hoe het er daar aan toegaat, dan heeft hij of zij baat bij degenen met de meeste ervaring, en dat is vaak het verplegend personeel, niet alleen artsen. De rol van alle leden van het zorgteam als begeleider voor medische studenten en AIOS verdient meer aandacht.”
Barrières doorbreken op de werkplaats
Interprofessioneel onderwijs maakt over het algemeen deel uit van formeel onderwijs, bijvoorbeeld in de vorm van simulatietraining. Renee gelooft echter dat informeel onderwijs op de werkplek het besef van de noodzaak van interprofessionele samenwerking aanwakkert. “De mogelijkheden en beperkingen van de eigen rol van een arts in wording en die van andere beroepsgroepen komen pas echt tot uiting als je een ziekenhuis of een huisartsenpraktijk binnenstapt. Natuurlijk moet een geneeskundestudent die geïnteresseerd is in bijvoorbeeld nefrologie alles geleerd krijgen over nierziekten, maar om kwalitatief hoogstaande zorg te kunnen leveren is inzicht in het hele zorgteam, wat ze doen en hoe je elkaar nodig hebt om goede zorg te kunnen leveren belangrijk.”
Tekst en fotografie: Ruben Beeckman
Lees ook
-
Onderzoeksinstituten M4I en MERLN, beide onderdeel van Universiteit Maastricht (UM), zijn vanaf 1 januari 2025 partner binnen een gloednieuw nationaal samenwerkingsverband. Het Nijmeegse laser- en magnetenlab HFML-FELIX gaat per die datum verder als NWO-Instituut binnen de Stichting Nederlandse Wetenschappelijk Onderzoek Instituten NWO-I.
-
Julien werd op de valreep toegelaten voor de bachelor Geneeskunde. Een keerpunt dat hem ertoe bracht onderzoek te doen naar perihilaire cholangiocarcinoom, een zeldzame en specifieke vorm van galwegkanker in het MUMC+.
-
Twee onderzoekers van Universiteit Maastricht (UM) ontvangen een prestigieuze ERC Consolidator Grant van de European Research Council. Daarmee kunnen zij de komende jaren een wetenschappelijk onderzoeksteam opzetten voor studies naar 3D-geprinte modellen van een menselijke nier en naar vrouwelijke gastarbeiders uit Zuid-Europa die in de tweede helft van de 20e eeuw richting Noordwest-Europa kwamen.