Grensoverschrijdend werken; op papier lijkt het geregeld maar de praktijk is weerbarstig

25 oktober 2016

Ondanks de onderhandelingen over een Europa zonder grenzen, 25 jaar geleden in Maastricht, blijken er nog veel obstakels te zijn in het grensoverschrijdend samenwerken. Vrij verkeer van personen, goederen, diensten en kapitaal wordt belemmerd door de manier waarop lidstaten EU-recht hebben geïmplementeerd, door de kwaliteit van het nationale recht en door de uitvoering in de praktijk. Zo blijkt uit de Grenseffectenrapportage 2016, uitgevoerd door het Institute for Transnational and Euregional cross border cooperation and Mobility / ITEM, die op 28 oktober tijdens de ITEM jaarconferentie wordt gepresenteerd.

In de Grenseffectenrapportage gaat het vaak om wetgeving die net in werking is getreden, maar waarvan de gevolgen nog niet eenvoudig in beeld kunnen worden gebracht. Hoe kan men (?) vrij verkeer van personen, goederen, diensten en kapitaal handhaven wanneer de politieke en humanitaire crisis voor sluiting van grenzen zorgt? Hoe gaan met name de grensregio’s van de oudste lidstaten, waar vrij verkeer van personen, goederen, diensten en kapitaal niet meer weg te denken is, hiermee om? Hoe vrij is de grensburger uit een grensregio eigenlijk, wanneer die, amper op 10 kilometer van zijn huis maar wel net over de landsgrens heen, arbeid of diensten wil (gaan) verrichten? Deze en andere thema’s uit de Grenseffectenrapportage 2016 worden op vrijdag 28 oktober a.s. behandeld tijdens de ITEM jaarconferentie ‘Europa onder druk: effecten voor grensregio’ – 25 jaar na het verdrag van Maastricht’ in het Gouvernement aan de Maas, Maastricht.

Interessant is dat het onderzoek van ITEM  laat zien dat het niet altijd juridische knelpunten zijn die aan de basis van de obstakels liggen. Uit de analyse van de erkenning van beroepskwalificaties blijkt dat er ook praktische obstakels kunnen zijn, waarbij de bestudeerde landen/deelstaten niet altijd de voor de grensarbeider meest voordelige voorziening hebben getroffen. Het feit dat sommige autoriteiten enkel documenten in één taal accepteren is hier een voorbeeld van, net als de complexiteit die kan bestaan bij het identificeren van de juiste bevoegde autoriteit en de onduidelijkheid rondom de hoogte van de procedurele kosten. Meertaligheid van documenten en meer gestroomlijnde informatievoorziening kunnen bijdragen aan een versoepeld erkenningsproces.

Een van de obstakels is de erkenning van beroepskwalificaties. ITEM kondigt daarom aan een haalbaarheidsstudie te gaan uitvoeren naar een “grensregionale beroepenkaart”. De uiteindelijke “grensregionale beroepenkaart” kan een instrument zijn om erkenningsprocedures speciaal voor grensregio’s te versnellen en vereenvoudigen. De haalbaarheidsstudie gaat specifiek de mogelijkheden voor de Benelux en Noordrijn-Westfalen onderzoeken. Dit is zeker interessant voor Limburg, de provincie met relatief veel buitenlandse grenzen.

Over ITEM
Het Institute for Transnational and Euregional cross border cooperation and Mobility / ITEM is de spil van wetenschappelijk onderzoek, advisering, kennisuitwisseling en opleidingsactiviteiten omtrent grensoverschrijdende samenwerking en mobiliteit. ITEM is een initiatief van Universiteit Maastricht (UM), het Nederlands Expertise en Innovatiecentrum Maatschappelijke Effecten Demografische krimp (NEIMED), Zuyd Hogeschool, de Gemeente Maastricht, de Euregio Maas-Rijn (EMR) en de Provincie Limburg (NL).

Lees ook