Adriana Iamnitchi houdt van een uitdaging

Adriana Iamnitchi’s carrière was als een gespreid bedje. Ze werkte als full professor bij het Department of Computer Science and Engineering van de University of South Florida. Toch zocht ze een andere uitdaging en kwam naar Maastricht, om zich hier te storten op onderzoek naar sociale media.

Iamnitchi groeide op in, toen nog, communistisch Roemenië. “Bij het kiezen van mijn studie zag ik drie mogelijkheden voor mezelf: geneeskunde, de sterk politiek gedomineerde sociale wetenschappen en exacte wetenschappen. Omdat ik goed ben in wis- en natuurkunde, koos ik exacte wetenschappen en daarbinnen computerwetenschappen gewoon omdat dat de moeilijkste opleiding was om in te komen. Ik had geen idee waar mijn keuze me zou brengen.”

Online geschenk

De hoogleraar startte haar carrière tijdens de begindagen van het internet. Een Amerikaans papieren studieboek kostte Roemenen destijds een half maandsalaris. “Het was een enorm geschenk toen Ian Foster van de University of Chicago een gratis studieboek over parallel programming online plaatste. Ik besloot om ook in Chicago te solliciteren en voor ik het wist was hij mijn promotor.”

Iamnitchi beklom in de VS de gebruikelijke academische carrièreladder die eindigde bij een hoogleraarschap aan de University of South Florida. “Op een gegeven moment zocht ik echter andere professionele uitdagingen. Daar komt bij dat mijn man en ik onze kinderen het liefst in Europa wilden opvoeden.” In 2021 besloot het gezin de stap naar Maastricht te maken.

Sociale computerwetenschappen

In Maastricht richt haar onderzoek zich op een nieuwe tak van wetenschap, de computational social sciences. “We onderzoeken hoe mensen met digitale platformen, zoals sociale media, communiceren en hoe ze met elkaar communiceren via zo’n platform. Ze noemt een relatief onschuldig voorbeeld: “We keken bijvoorbeeld hoe het gedrag van valsspelen zich online onder gamers verspreidt.” Haar werkveld is echter lang niet altijd zo onschuldig. Ze onderzoekt ook hoe overheden gebruikers van sociale media manipuleren en hoe dat hun mening beïnvloedt. “Dankzij internet en sociale media is online manipulatie op alle niveaus, van politiek tot commercieel, tegenwoordig een erg eenvoudige en goedkope methode waarmee je in één keer grote groepen mensen bereikt.”

De toegang tot data voor het onderzoek is een heikel punt. Westerse sociale mediabedrijven, met het voormalige Twitter voorop, gaven onderzoekers toegang tot een deel van hun data. Vorig jaar veranderde dat dramatisch. “X besloot opeens om heel veel geld te vragen voor deze data waardoor ze voor de meeste onderzoekers onbereikbaar zijn. Jammer genoeg volgden de andere sociale media bedrijven het voorbeeld van X. We redden ons voorlopig met oude en nep-data waarmee we onze modellen en algoritmes maken zodat we aan de slag kunnen zodra we echte data krijgen.”

Europese uitdagingen

Enkele van de recente uitdagingen die de hoogleraar moet overbruggen, zijn specifiek Europees. Sinds vorig jaar registreren digitale platformen in de Europese Digital Service Act Transparency Database wanneer en waarom ze content verwijderen. Dit gaat momenteel met een tempo van 2 miljoen verwijderingen per uur. Genoeg data dus, zou je zeggen. Jammer genoeg registreren de bedrijven alleen heel globale redenen, zoals ‘in strijd met onze voorwaarden’, zonder de omstreden inhoud zelf vast te leggen. “Is dit dan echte transparantie, in de geest van de Digital Services Act?”, vraagt Iamnitchi zich af. Samen met onderzoekers van de faculteit Rechten van de Universiteit Utrecht zoekt ze een antwoord op deze vraag.

Iamnitchi verbaast zich over de Europese gewoonte om vooral met Amerikaanse data te werken, ze hoopt dit te veranderen. “Als ik naar een Europees congres ga, dan hoor ik daar Europese collega’s vertellen over hun onderzoek naar de rol van sociale media tijdens, bijvoorbeeld, de Amerikaanse presidentsverkiezingen. Alsof er in Europa geen verkiezingen zijn geweest in bijvoorbeeld Polen en Nederland en alsof er geen desinformatiecampagnes rondom Europese verkiezingen zijn.”

Op 2 februari spreekt Iamnitchi haar oratie uit met de titel “Cheats and gossips in cyber-social processes” waarmee ze laat zien dat haar werk over veel belangrijkere zaken gaat dan alleen valsspelen bij computerspellen of roddel en achterklap op sociale media.

Lees ook