Honderd jaar geleden voltooide Einstein zijn algemene relativiteitstheorie. 
Het is de topprestatie uit zijn wetenschappelijke carrière: de speciale relativiteitstheorie, uit Einsteins “wonderjaar” 1905, is slechts een opstapje naar deze nieuwe theorie van ruimte, tijd en zwaartekracht. 

De speciale relativiteitstheorie had al opzien gebaard door Newtons ruimte en tijd (die nauw aansluiten bij onze intuïtie) samen te smelten in één “ruimtetijd”. 
Maar deze ruimtetijd was een onveranderlijke achtergrond gebleven voor alle natuurprocessen.

In zijn algemene relativiteitstheorie maakte Einstein van ruimte en tijd dynamische grootheden, die veranderingen ondergaan door wisselwerking met materie. Het klinkt ingewikkeld, maar de ideeën achter de theorie zijn eenvoudig.