Een nieuw medisch implantaat voor de behandeling van type I diabetes

  • UM in the press

Diabetes type I is een auto-immuunziekte waarbij lichaamseigen insuline producerende cellen, gelegen in de eila

Rick de Vries

Sustainable Cross-Border Infrastructure and Mobility in North-West Europe’s Delta Corridor

  • conference
  • seminar

Wat is de impact van de toenemende duurzaamheid van de infrastructuur en mobiliteit op Europees niveau en hoe beïnvloedt dit grensoverschrijdende regio's? Wat betekenen de nieuwe Europese kaders voor grensoverschrijdend spoorvervoer, buizentransport en binnenvaart? Welke gevolgen heeft dit specifiek voor knooppunten of logistieke barrières?

Banner

ITEM onderzoeker Math Noortmann adviseert Kamerleden tijdens de plenaire zitting Benelux Assemblee 2023

De tweede plenaire zitting van het Benelux Parlement vond plaats op 16&17 juni in het Gouvernement in Maastricht.

Math Noortmann

Eerste resultaten LucKi Darmflora Studie gepubliceerd

21 juli 2021

Introductie van vaste voeding beïnvloedt de ontwikkeling van de darmflora

De eerste resultaten van de Lucki Darmflora Studie zijn gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Nutrients.
In deze publicatie beschrijven we de invloed van de introductie van vaste voeding op de ontwikkeling van de darmflora van jonge kinderen. Deze resultaten zijn gebaseerd op de vragenlijstgegevens en bacteriesamenstelling in de ontlastingsmonsters van onze LucKi-deelnemers en van deelnemers aan een soortgelijke Canadese studie. Het onderzoek liet zien dat de introductie van een gevarieerde en vezelrijke voeding zorgde voor een grotere diversiteit aan darmbacteriën. Er waren echter ook grote verschillen in welke voeding er werd als eerste werd geïntroduceerd in de Canadese kinderen (vaker avocado, flespompoen en zoete aardappel) en Nederlandse kinderen (vaker wortel, bloemkool en peer). Omdat dit onderzoek gebaseerd was op een kleinere groep deelnemers van beide studies, gaan we in vervolgonderzoek meer in detail kijken wat het effect is van deze afzonderlijke voedingsmiddelen. Het hele engelstalige artikel is hieronder te downloaden (publicatie 3).

In het nieuws...

21 januari 2020

Baby’s met gunstige darmflora hebben minder kans op allergieën

Een gunstige darmflora bij zeer jonge kinderen verkleint de kans op het ontwikkelen van allergieën. Goede darmbacteriën die ontstekingsremmende metabolieten (stoffen die nodig zijn tijdens de stofwisseling) achterlaten in het darmstelsel zijn veel meer aanwezig bij niet-allergische kinderen. Dat blijkt uit langlopend onderzoek van Maastrichtse wetenschappers naar de darmflora van 400 jonge kinderen. De studie werd uitgevoerd in nauwe samenwerking met het universitair ziekenhuis Charité in de Duitse hoofdstad Berlijn. De bevindingen zijn afgelopen weekend gepubliceerd door het wetenschappelijke tijdschrift Gastroenterology.

Liggende baby

Microbioloog en hoofdonderzoeker John Penders van de Universiteit Maastricht (UM) analyseerde ruim 1500 poepmonsters van de Berlijnse kinderen. Hij richtte zich met name op poepmonsters uit de eerste 31 levensweken van de baby’s. “Die periode is cruciaal voor de ontwikkeling van het immuunsysteem”, legt Penders uit.

“Er is al meer wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de darmflora bij jonge kinderen, maar daarbij keken de onderzoekers steeds op één vast moment. Darmflora’s zijn op die leeftijd zeer instabiel en nog volop in ontwikkeling. Wij wilden daarom juist de totale ontwikkeling van de darmflora bij jonge kinderen in kaart brengen.”

Een gunstige darmflora wordt medebepaald door een hoge diversiteit (soortenrijkdom) van de aanwezige bacteriën. Maar hoe weet je of een klein kind over zo’n hoge diversiteit aan darmbacteriën beschikt? “Wij vonden dat twee factoren duidelijk bijdragen aan de ontwikkeling van gunstige darmflora bij zuigelingen”, zegt Penders. “Ten eerste maakt het verschil of kinderen vaginaal ter wereld zijn gekomen dan wel via een keizersnede. Daarnaast speelt met name de duur van borstvoeding een rol.”

Voedingsinterventies

Penders wil in een vervolgstudie graag kijken of door middel van voedingsinterventies de darmflora van baby’s kan worden verbeterd en daarmee de kans op allergieën verkleind.

“We weten dat kinderen met een niet-westerse leefstijl, zoals in afgelegen gebieden in Afrika en Zuid-Amerika, een darmflora hebben met een veel hogere diversiteit en meer bacteriën met ontstekingsremmende eigenschappen. Dit komt voornamelijk door hun gevarieerde en vezelrijke voedingspatroon. Onze westerse leefstijl en voedingspatroon verarmt onze darmflora met een hogere kans op allergieën tot gevolg. Zo’n voedingsinterventie zou al tijdens de zwangerschap kunnen plaatsvinden. We weten namelijk dat kinderen tijdens de geboorte veel darmbacteriën van hun moeder ontvangen en dat de ontstekingsremmende metabolieten zelfs al voor de geboorte van moeder op kind kunnen worden overgedragen.”

Nieuwsbrieven voor deelnemers

Publicaties

ZonMw financiert sociaalwetenschappelijk onderzoek naar Pandemische Paraatheid

Ruim anderhalf miljoen voor samenwerkingsverband BePrepared

BENG Header

Health systems governance

Een hoge werkdruk en allerlei administratieve rompslomp: voor veel jonge huisartsen is het nog maar weinig aantrekkelijk om zelf aan het roer te staan van een huisartsenpraktijk. De laatste jaren zijn er in Nederland dan ook steeds meer vormen van samenwerkingen tussen huisartsenpraktijken zichtbaar. Eén van die vormen is het opkopen van huisartsenpraktijken door commerciële investeerders. Het is tot dusver onduidelijk hoe vaak deze commerciële praktijken precies voorkomen en wat hun voor- en nadelen zijn, bijvoorbeeld voor de kwaliteit en toegankelijkheid van zorg. Om hier zicht op te krijgen is een onderzoeksgroep verbonden aan het Nivel en de AWDZ pasgeleden een onderzoek gestart.

Commerciële huisartsenpraktijken nog in kinderschoenen
Een sterke eerstelijnszorg is een belangrijke pijler van de Nederlandse gezondheidszorg. Hierin neemt de huisarts een centrale plaats in. Een traditionele huisartsenpraktijk, waarbij één huisarts samen met een aantal assistenten een praktijk runt, wordt steeds zeldzamer. Regeldruk, administratieve lasten, hoge kosten en een hoge werkdruk maken zo’n soort praktijk immers steeds onaantrekkelijker. Mede daardoor zijn er nieuwe vormen van samenwerking tussen praktijken ontstaan. Sommige zijn vooral gericht op het verdelen van de administratieve lasten, kosten en werklast tussen praktijken. Andere samenwerkingen opereren met een winstoogmerk. Een recent fenomeen is het toetreden van commerciële investeerders tot de huisartsenzorg die praktijken kopen en aaneenrijgen tot ketens die onder één naam opereren. Uit een verkennend onderzoek, dat het Nivel heeft uitgevoerd op verzoek van de European Observatory on Health Systems and Policies, blijkt dat deze ontwikkeling nog in de kinderschoenen staat: er wordt geschat dat tussen de 45 en 230 (van de in totaal 5.000) huisartsenpraktijken met een for-profit oogmerk worden uitgebaat.

Kritische vragen bij commerciële huisartsenzorg
De komst van commerciële huisartsenzorg kan belangrijke gevolgen hebben voor de organisatie van de eerstelijnszorg in Nederland. Bovendien – en dat blijkt al uit de brede range van het geschatte aantal for-profit praktijken –  is er nog veel onbekend over deze praktijken. Het is onduidelijk wat de omvang is van de activiteiten van deze partijen, of welke investeerders erachter zitten. Ook is het niet helder wat de voor- en nadelen zijn van deze ontwikkeling. Wat betekent dit voor de kwaliteit en de toegankelijkheid van de huisartsenzorg? Wat betekent het voor de huisartsen die werken in een dergelijke praktijk, en wat betekent het voor de samenwerking met andere huisartsenpraktijken of met andere zorgaanbieders of het sociale domein? Dit zijn belangrijke vragen om te beantwoorden, met het oog op toegankelijke en goede eerstelijnszorg voor de toekomst.  

Om deze vragen te beantwoorden, is een onderzoeksgroep verbonden aan het Nivel en de AWDZ onlangs een onderzoek gestart. Ze gaan verschillende organisatievormen van huisartsenpraktijken systematisch in kaart brengen. Na deze verkennende analyse kunnen de effecten van deze verschillende organisatievormen op een aantal uitkomsten onderzocht worden, bijvoorbeeld het aantal verwijzingen en de druk op andere eerstelijnszorgvoorzieningen in de buurt van een op winst gerichte praktijk. De eerste resultaten worden in oktober van 2023 verwacht.

Meer weten over dit onderzoek? Neem contact op met de onderzoekers, via r.timans@nivel.nl.

AWDZ4-Commerciele huisartsenzorg

Population health management

Vijf onderzoekers van de AWDZ – Arianne Elissen, Dorijn Hertroijs, Anne van den Bulck, Anna Tichler en Rowan Smeets – waren afgelopen mei present op de 23ste editie van ICIC. ICIC staat voor International Conference on Integrated Care. Dit congres vond plaats in Antwerpen. Samen gaven de onderzoekers een posterpresentatie over realistische evaluatie. Dat is een onderzoeksfilosofie die draait om de vraag ‘Wat werkt er, voor wie en onder welke omstandigheden?’ Daarnaast gaf promovenda Anna Tichler een presentatie over de ontwikkeling van de pas gelanceerde keuzehulp ‘Leefstijl en Medicijnen’ voor diabetes type 2. ICIC 2024 staat alvast genoteerd in de agenda, dat zal plaatsvinden in Belfast.

Wil je meer weten over realistische evaluatie? Lees hier hoe de onderzoeksfilosofie is toegepast in het TARGET programma voor integrale huisartsenzorg. Meer informatie over de keuzehulp die onder andere promovenda Anna Tichler, Dorijn Hertroijs, Arianne Elissen en Dirk Ruwaard – allen AWDZ – in samenwerking met patiënten en zorgverleners hebben ontwikkeld, vind je hier. De keuzehulp zelf is hier te vinden.

AWDZ4-AWDZop ICIC congres in Antwerpen
Rowan Smeets, Arianne Elissen, Anne van den Bulck, Anna Tichler, Dorijn Hertroijs
AWDZ4-AWDZop ICIC congres in Antwerpen-Anna Tichler

Healthcare innovations and digitalization

Komende september gaan de eerste studenten aan de slag in het nieuwe Masterprogramma Health and  Digital Transformation. Er worden zo'n 20 studenten verwacht. Marieke Spreeuwenberg (AWDZ) is coördinator van deze Master die hoort bij Gezondheidswetenschappen aan de UM. De Master leidt mensen op die niet alleen verstand hebben van data science maar ook van praktische toepassingen hiervan in de zorg. Studenten werken aan een overkoepelend project voor digitale innovatie gedurende de hele Master. De voorbereidingen voor deze projecten worden nu getroffen in samenwerking met het Zorginnovatielab van MUMC+, en de afdelingen pulmonologie en cardiologie. Naast Marieke Spreeuwenberg werken ook AWDZ’ers Cheryl Roumen en Laura Hochstenbach hard aan deze Master.

Afgelopen februari kreeg deze nieuw ontwikkelde Master al een positief advies van accreditatieorganisatie NVAO. De Master wordt geïntroduceerd in reactie op de steeds grotere behoefte aan digitale oplossingen in de zorg. Binnen de Bachelor Gezondheidswetenschappen aan de UM bestaat al de specialisatie Digitale Zorg en Technologie. Deze Master sluit naadloos aan op deze specialisatie. Maar ook verschillende andere vooropleidingen op het gebied van gezondheid(swetenschappen), biomedische- of data-gedreven wetenschappen vormen een goede basis voor de Master HDT. Meer weten over dit gloednieuw programma? Klik dan hier.

AWDZ4-HDT update

Promotieonderzoek toont impact van agressie op medewerkers en patiënten in de forensische zorg

  • UM in the press

Nienke Verstegen, onderzoeker bij De Forensische Zorgspecialisten, heeft onderzoek gedaan naar agressie binnen de forensische

Nienke Verstegen