UM-academici reageren op de Nobelprijs voor Economie

nobel_prize

Deze week kende de Koninklijke Zweedse Academie voor Wetenschappen de Prijs van de Zweedse Rijksbank voor Economische Wetenschappen ter Nagedachtenis aan Alfred Nobel toe aan Abhijit Banerjee (MIT), Esther Duflo (MIT) en Michael Kremer (Harvard) voor hun werk op het gebied van armoedebestrijding. Alle drie de laureaten werden geprezen voor hun experimentele aanpak in de zoektocht naar betrouwbare oplossingen voor het wereldwijde armoedeprobleem. Esther Duflo is de jongste winnaar ooit en de tweede vrouw na Elinor Ostrom, die 10 jaar gelden de Nobelprijs won.

In Maastricht werd het nieuws met groot enthousiasme ontvangen. Voor een eerste reactie spraken we met verschillende UM-wetenschappers met expertise op het gebied van ontwikkelingseconomie.

Nimeh_Zina

Zina Nimeh

Universitair docent / coördinator Social Protection Policy Design & Financing Specialization
Expertise: menselijke ontwikkeling, maatschappelijke uitsluiting, armoede en ongelijkheid

‘Ik ken het werk van de prijswinnaars heel goed, omdat ik voor mijn masterclass over armoede en ongelijkheid regelmatig gebruik maak van de bevindingen van het  Abdul Latif Jameel Poverty Action Lab. Ik ben zeer geïnteresseerd geraakt in het werk van Duflo, vooral na haar lezing “De econoom als loodgieter”, die ze in 2017 gaf bij de American Economists Association. Ik dacht bij mezelf: “Deze vrouw begrijpt het probleem, en een deel van de oplossing is het probleem begrijpen”, dus ik hoop dat haar werk en dat van haar collega’s nu meer erkenning krijgt. Dat is deze tijden heel erg nodig.”

Franziska

Franziska Gassmann

Hoogleraar Social Protection and Development
Expertise: armoedebestrijdingsbeleid, in het bijzonder maatschappelijke bescherming, en het meten en analyseren van armoede en kwetsbaarheid

‘Ik ben vooral blij dat een vrouw, Esther Duflo, de prijs heeft gewonnen. Ik stel het ook op prijs dat Esther Duflo op social media heel duidelijk heeft gemaakt dat deze prijs niet alleen voor haar is, maar ook voor alle onderzoeksassistenten, data-verzamelaars, interviewers etc. die hebben geholpen bij het implementeren van de experimenten. Dat wordt vaak vergeten. Bravo!’

‘Ik werd verrast door het soort onderzoek waarmee deze drie de prijs wonnen. Gerandomiseerd veldonderzoek voor het testen van beleidsinterventies is heel populair geworden in het impactevaluatie-onderzoek; maar er is ook kritiek op deze methode, omdat beleidsevaluatie meer vergt dan gerandomiseerde proeven. Het evalueren van bestaand beleid vraagt om alternatieve methodes die niet genegeerd mogen worden. Bovendien zijn er ethische bezwaren tegen de experimenten en kun je je afvragen of de geteste en goedgekeurde interventies die bij veldexperimenten zijn gedaan ook positieve effecten zullen hebben als ze door nationale overheden worden toegepast. Dat laatste is nodig om op termijn de armoede in een land te verminderen.’

Melissa_siegal

Melissa Siegel

Hoofd Migration Studies, hoogleraar Migration Studies
Expertise: migratie en ontwikkeling

‘Ik vind dat de juiste mensen de prijs hebben gewonnen, gelet op het recente wereldwijde initiatief om de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen te behalen. Het lijkt het goede moment voor een Nobelprijs voor economische wetenschap die zich richt op ontwikkeling.’

‘Toen ik hoorde dat de prijs door een vrouw was gewonnen, deed me dat niet veel. Voor mij is het normaal dat een vrouw goed genoeg is om de prijs te winnen. Het is natuurlijk wel zo dat niet veel vrouwen de economieprijs hebben ontvangen, dus ik denk dat Duflo een rolmodel zal zijn. Tegelijkertijd hoop ik dat er in de toekomst minder aandacht zal zijn voor het feit dat een van de prijswinnaars een vrouw is, omdat dit dan normaal zal zijn.’

Kristof_3

Kristof Bosmans

Universitair docent
Expertise: het meten van ongelijkheid en armoede, maatschappelijke keuze-theorie, individuele keuzes in risicosituaties, empirisch onderzoek over opvattingen op het gebied van welzijnseconomie

‘Het is een verdiende prijs voor wetenschappers die het onderzoeksgebied van welzijnseconomie hebben getransformeerd en die onze kennis over armoede veel groter hebben gemaakt.’

‘Er zijn steeds meer vrouwen actief in de economische wetenschap, dus het kan niet anders dan dat er steeds meer vrouwen de Nobelprijs gaan winnen. Dat is natuurlijk een goede ontwikkeling en we kunnen alleen maar hopen dat de prijs vrouwen ertoe beweegt om economisch onderzoek te gaan doen. Dat gezegd hebbende, Esther Duflo kreeg de prijs omdat ze die verdiende op grond van haar baanbrekende onderzoek en niet omdat ze een vrouw is.’

 

Treibich4

Tania Treibich

Universitair docent
Expertise: agent-gebaseerde macro-economie, industriële dynamiek, handel

‘Toen ik hoorde wie dit jaar de prijs had gewonnen, was ik een beetje verbaasd, omdat ze voor Nobelprijswinnaars nogal jong zijn – hun belangrijkste bijdragen zijn van deze eeuw. Ik was ook blij dat de prijs was toegekend voor ontwikkelingseconomie met bijzondere aandacht voor armoedebestrijding. Ik hoop dat dit van invloed zal zijn op het beleid. Esther Duflo is bijvoorbeeld kritisch geweest over de aanpak van president Macron op dit gebied.’

‘Ik denk dat het heel belangrijk is dat de prijs naar een vrouw is gegaan, omdat we in ons gebied vrouwelijke rolmodellen nodig hebben. Esther Duflo is natuurlijk pas de tweede vrouw die de prijs heeft gekregen, dus wat betreft gendergelijkheid hebben we nog een lange weg te gaan! Toen Elinor Ostrom de prijs ontving, stuitte dat op kritiek, omdat ze geen “echte” econoom was; ik verwacht dat Esther Duflo kritiek zal krijgen omdat ze jong is…’

Lonneke

Eleonora Nillesen

Hoogleraar Public Policy and Development 
Interesses: instituties, economische ontwikkeling, veldexperimenten

‘Ik vind deze prijs een welverdiende erkenning voor de ontwikkelingseconomie. Het verbaasde me niet dat deze drie wetenschappers de prijs wonnen: ze hebben onze kijk op het evalueren van de effecten van ontwikkelingsinterventies (beleidsinterventies) echt veranderd.’

‘Mijn eigen werk is zeer beïnvloed door het werk van Duflo, Banerjee en Kremer. Ik ben zowel betrokken bij verschillende gerandomiseerde onderzoeken met controlegroepen in Sub-Sahara-Afrika en Azië, als bij andere kleinere veldexperimenten die ons een beter begrip geven van hoe mensen besluiten nemen in verschillende omstandigheden. Ik geef ook college over programma- en beleidsevaluatie, waarbij studenten kennis opdoen over experimentele en quasi-experimentele methodes en hoe ze die kunnen inzetten voor relevante beleidsinterventies.’

Lees ook