Ozempic: dé oplossing voor obesitas?
Obesitas is een van de grootste volksgezondheidsproblemen. Nieuwe geneesmiddelen zoals Ozempic bieden mogelijkheden, maar leiden ook tot morele en economische vragen en vooroordelen. Waarom is het naïef en niet-empirisch om te vinden dat mensen met obesitas gewoon wat moeten afvallen? Waarom is het misschien wel goedkoper voor zorgverzekeraars om Ozempic gewoon te vergoeden? Wij spraken met experts Anne Roefs, Gijs Goossens en Mickaël Hiligsmann over obesitas en het nieuwe wondermiddel.
Het is misschien wel de meest ingrijpende en lucratieve Deense innovatie sinds de introductie van Lego en de invallen van de Vikingen: Ozempic. Dit als wondermiddel geroemde geneesmiddel is door de in Bagsværd gevestigde multinational Novo Nordisk ontwikkeld als behandeling voor diabetes. De werkzame stof in Ozempic, semaglutide, verlaagt net als insuline de bloedsuikerspiegel. Een bijwerking die al snel veel aandacht kreeg, is dat het middel de eetlust vermindert. Of beter gezegd, dat het zorgt voor een beter en langduriger gevoel van verzadiging. Patiënten hebben langer een vol gevoel, waardoor ze minder eten en dus afvallen.
Dat gewichtsverlies zorgt voor meer dan alleen een betere kwaliteit van leven. Want naast de vooroordelen waar mensen met obesitas veel mee te maken hebben, lopen ze ook allerlei ernstige medische risico’s. Gijs Goossens, hoogleraar Cardiometabole Fysiologie van Obesitas bij de vakgroep Humane Biologie (NUTRIM Institute of Nutrition and Translational Research in Metabolism), vertelt dat obesitas ernstige gevolgen heeft voor de gezondheid. “Obesitas kan leiden tot allerlei complicaties en chronische ziekten, zoals nier- of leverproblemen, luchtwegaandoeningen, hart- en vaatziekten, diabetes type 2, artritis en verschillende soorten kanker.” Bovendien wordt de aandoening in verband gebracht met psychische problemen, zoals depressie en dementie.
It is important that people realise that obesity is a complex chronic disease.
Professor Gijs GoossensNiet zomaar een gebrek aan discipline
In principe is afvallen heel simpel. Je moet gewoon minder calorieën binnenkrijgen dan je verbrandt. Veel mensen denken dat dat een kwestie van discipline is en beschouwen het gebruik van medicijnen als een soort valsspelen. Goossens is het daar niet mee eens. “Een gezonde leefstijl is uiteraard essentieel om obesitas en de gevolgen daarvan te voorkomen. Gezond leven draagt bij aan een lagere bloeddruk, cholesterol en bloedsuikerspiegel. Toch moeten we deze symptomen vaak behandelen met medicijnen om verdere complicaties zoals diabetes type 2 of een hartaanval te voorkomen. Daar hebben de meeste mensen geen problemen mee. Maar het gebruik van een medicijn om obesitas tegen te gaan, roept andere reacties op.”
Goossens heeft ook moeite met de simplistische gedachte dat afvallen en een gezond gewicht behouden een persoonlijke verdienste zijn. “Tuurlijk, in de meeste gevallen eten mensen te veel. Maar mensen kiezen er niet voor om obesitas te hebben. Uit onderzoek blijkt dat er verschillende redenen zijn waarom mensen aankomen, zoals erfelijke aanleg, chronische stress, een ongezond eetpatroon, weinig beweging, slaapproblemen of bijwerkingen van veelgebruikte medicijnen, zoals antidepressiva of antipsychotica, en langdurig gebruik van bepaalde ontstekingsremmers. Mensen moeten beseffen dat obesitas een complexe chronische ziekte is.”

Minder eten vs. gezond zijn
Het eeuwenoude advies om gewoon te gaan sporten is ook niet zo zinvol als over het algemeen wordt gedacht. Sporten is goed voor je hart en bloedvaten en voor je gezondheid in het algemeen, maar draagt maar weinig bij aan gewichtsverlies, tenzij je meer spiermassa opbouwt via krachttraining. “Want met meer spiermassa verbrand je meer calorieën, ook in rust.” Volgens Goossens is obesitas het gevolg van een complexe wisselwerking tussen biologische, psychologische, sociaaleconomische en omgevingsfactoren. “Obesitas moet dus ook holistisch worden aangepakt. Enerzijds heb je universele preventie. De overheid moet zorgen voor een gezonde omgeving die een gezonde leefstijl bevordert. Tegelijkertijd moeten we betere zorg bieden voor mensen die obesitas hebben.”
Anne Roefs, hoogleraar Psychologie en Neurowetenschappen van Abnormaal Eetgedrag, is het daarmee eens. Ze is dan ook bijzonder sceptisch over het behandelen van de symptomen zonder deze onderliggende oorzaken aan te pakken. “Doordat Ozempic het verzadigingsgevoel beïnvloedt, eet je minder en val je af. Dat heeft beslist gezondheidsvoordelen, maar het betekent niet automatisch dat je ook gezonder eet. Als ik dankzij Ozempic vier croissantjes eet in plaats van zes, val ik wel af, maar kom ik nog steeds allerlei voedingsstoffen tekort en zal het me niet lukken om een gezond gewicht te behouden zonder die medicatie.”
Individuele verantwoordelijkheid: een ongezonde halve waarheid
Dat wil niet zeggen dat Roefs het gebruik van medicijnen in alle gevallen slecht vindt, maar de manier waarop obesitas en andere volksgezondheidsproblemen worden gekaderd is volgens haar wel een probleem: “We nemen een maatschappelijk probleem en kijken vervolgens naar het individu. Zoals zo vaak laten we ons ook hier verleiden tot een lapmiddel voor een complex systemisch probleem.” Volgens Roefs is het kortzichtig om volledig te vertrouwen op geneesmiddelen. Want dat maakt dat de overheid minder geneigd is om de oorzaken van obesitas aan te pakken en mensen minder geneigd zijn om gezonder te gaan leven.
Het zou minder makkelijk moeten worden gemaakt om aan ongezond en hypersmakelijk voedsel te komen. Een logische stap in die richting zou zijn om hetzelfde te doen met vet en suikerrijk voedsel als we met sigaretten hebben gedaan. De meeste mensen voelen er echter niets voor om zich door de overheid te laten vertellen hoe ze moeten leven. “Toch vertellen bedrijven ons voortdurend hoe we moeten leven, wat we moeten kopen en wat we moeten eten. En dat gaat veel verder dan alleen reclame. Steden zijn bijvoorbeeld vooral ingericht op autogebruikers en in supermarkten wordt voor 80% ongezonde voeding verkocht. Hoe vrij zijn we echt? We leven in een wereld waarin gezond leven een behoorlijke inspanning vraagt.”
Laatste redmiddel of snelle oplossing?
Roefs geeft toe dat Ozempic en consorten effectief zijn. Toch denkt ze dat het voor de meeste mensen geen goed idee is om deze middelen te gebruiken. “Ik zie een gevaar. Het is naïef om te denken dat mensen ze alleen als laatste redmiddel zullen gebruiken.” Tal van influencers en celebrity’s gebruiken Ozempic om af te vallen omdat ze zichzelf slanker mooier vinden. Uit onderzoek blijkt dat een op de acht volwassenen in de Verenigd Staten al eens een Ozempic-achtig geneesmiddel heeft gebruikt. De helft daarvan – zo'n 15 miljoen mensen – gebruikt op dit moment zo'n geneesmiddel. Je zou kunnen denken dat dat in Nederland niet mogelijk is, omdat je een voorschrift van een arts nodig hebt. Maar Roefs heeft geprobeerd om Wegovy te bestellen (een voorloper van Ozempic met hetzelfde werkzame bestanddeel) en slaagde daar al binnen vijf minuten in.
“Ik hoefde alleen maar een online vragenlijst in te vullen en kon vervolgens voor iets meer dan € 500 voldoende van het middel voor een maand bestellen.” Dat zorgt er ook voor dat mensen voor wie het een potentieel levensreddende behandeling is, soms zonder komen te zitten omdat er te veel mensen zijn die veel geld over hebben voor een sixpack en een thigh gap. Maar zelfs als we deze laatste groep buiten beschouwing laten en Ozempic puur als een geneesmiddel zien, blijft de vraag wie de kosten moet dragen.
Gijs Goossens is hoogleraar Cardiometabole Fysiologie van Obesitas bij het Institute of Nutrition and Translational Research in Metabolism (NUTRIM), een instituut binnen FHML dat nauw samenwerkt met het Maastricht Universitair Medisch Centrum+. Hij is voorzitter van de Wetenschappelijke Adviesraad van de Europese Vereniging voor de Studie van Obesitas.

A few years ago, we conducted a cross sectional survey that revealed the total costs of obesity to be around €10,000 per year per person
Associate Professor Mickaël HiligsmannDuur betaald gewichtsverlies goedkoper dan de status quo?
Wanneer we obesitas beschouwen als een persoonlijk falen, lijkt het raar om van zorgverzekeraars te verlangen dat ze medicijnen vergoeden die mensen helpen af te vallen. Even daargelaten dat er van alles mis is met deze visie, is er wel degelijk iets voor te zeggen om dit soort dure medicijnen te vergoeden: “Enkele jaren geleden bleek uit een transversaal onderzoek dat de totale kosten van obesitas zo'n € 10.000 per jaar per persoon zijn”, vertelt Mickaël Hiligsmann, universitair hoofddocent bij het Care and Public Health Research Institute (CAPHRI) van de Universiteit Maastricht. “Minder dan de helft van dat bedrag betrof zorgkosten. De rest waren ‘maatschappelijke kosten’, oftewel productiviteitsverlies doordat de persoon met obesitas zelf of diens mantelzorgers minder werken of minder in hun vrije tijd doen.”
Hiligsmann vertelt dat het Zorginstituut Nederland eerder dit jaar nog weigerde om Wegovy te vergoeden. De conclusie was dat het middel zonder twijfel werkte, maar dat de langetermijneffecten vooralsnog onduidelijk waren en dat de kosten een belemmering waren. “Zeven miljoen Nederlanders hebben ernstig overgewicht en bijbehorende gezondheidsklachten. Het zou € 1,3 miljard per jaar kosten om al die mensen te behandelen met Wegovy.” Dat is veel geld, maar nog steeds maar de helft van wat Chelsea in de afgelopen tien jaar heeft uitgegeven aan spelers. (Zonder te willen suggereren dat de Londense voetbalclub de strijd tegen obesitas in Nederland moet financieren, maar het plaatst dit bedrag wel in perspectief.)
Tegelijkertijd stelt Hiligsmann dat er altijd een afweging moet worden gemaakt. “Uiteraard zijn de middelen van een land niet onbeperkt en moeten er keuzes worden gemaakt. Het is duidelijk dat obesitas een steeds grotere last wordt, niet alleen op economisch vlak, maar ook wat betreft kwaliteit van leven. Daarom is het belangrijk om de aandoening zo kosteneffectief mogelijk te voorkomen en te behandelen. Dat betekent dat we behandelingen zoals obesitasmedicijnen en maagverkleiningen met elkaar moeten vergelijken. Het zou zomaar kunnen dat Ozempic wel wordt vergoed door zorgverzekeraars als de prijs omlaag gaat en het middel op grotere schaal beschikbaar komt.”
De waarde van farmaceutische behandelingen voor gewichtsverlies wordt concreter als we de gebruikte termen verduidelijken. De BMI (Body Mass Index) wordt berekend door je gewicht te delen door je lengte in het kwadraat. Zoals Goossens onlangs zelf benoemde in een artikel waarin een ander kader voor het diagnosticeren van obesitas wordt voorgesteld, kun je met BMI niet nauwkeurig vaststellen of iemand te veel vet heeft. Zo kan een rugbyspeler volgens zijn BMI obesitas hebben, terwijl hij in werkelijkheid maar 10% lichaamsvet heeft. Er zijn echter maar weinig gegevens nodig om de BMI te berekenen en voor de algemene bevolking werkt de methode prima, mede dankzij de relatieve schaarste van rugbyspelers. Vanaf een BMI van 25 – bijvoorbeeld een man van 1,80 m die 81 kg weegt – spreken we van overgewicht en vanaf een BMI van 30 – diezelfde man wanneer die 98 kg weegt – spreken we van obesitas.
Mickaël Hiligsmann is universitair hoofddocent Gezondheidseconomie en Gezondheidstechnologiebeoordeling bij het Care and Public Health Research Institute (CAPHRI), FHML, en is hoofdredacteur bij het wetenschappelijke tijdschrift Expert Review of Pharmacoeconomics & Outcomes Research.

Very preliminary results suggest that the best results are obtained by those who manage to change their habits in daily life
Professor Anne RoefsVoordelen en beperkingen van leefstijlinterventies
Goossens vertelt dat leefstijlinterventies – gericht op gezond eten en bewegen – altijd de eerste stap moeten zijn. Hij voegt daar echter meteen aan toe dat zelfdiscipline en goede adviezen maar een beperkt effect hebben: “Mensen met een BMI van 40 of hoger moeten behoorlijk wat afvallen om complicaties te voorkomen. Hoe langer je uit de gevarenzone blijft, hoe beter dat is voor je gezondheid op lange termijn. Bij bepaalde patiënten met ernstige obesitas zijn obesitasmedicijnen zoals semaglutide effectiever in het verlagen van het risico op chronische ziektes en het verbeteren van de kwaliteit van leven dan leefstijlinterventies.”
Roefs vraagt zich echter af of de resultaten van Wegovy – 10% gewichtsverlies na vier jaar, waarvan het merendeel in de eerste paar maanden wordt bereikt – niet ook op een geleidelijke en duurzame manier zouden kunnen worden bereikt met een gezondere leefstijl. “Het doel van deze leefstijlinterventies [idealiter bestaande uit groepstherapie en cognitieve gedragstherapie in combinatie met gezond eten en bewegen] is niet om mensen lastig te vallen met dingen die ze al weten. De meeste mensen weten namelijk prima wat een gezonde leefstijl inhoudt. Tijdens een interventie probeer je te doorgronden waaróm ze het zo moeilijk vinden om gezond te eten en voldoende te bewegen. Vervolgens probeer je hen strategieën aan te reiken om tot een gezondere leefstijl te komen.”
Roefs benadrukt dat een verandering in mindset noodzakelijk is om na verloop van tijd een gezondere leefstijl te realiseren. “Het is geen gebrek aan wilskracht. Onze samenleving is nu eenmaal ingericht op een ongezonde leefstijl, en ongezonde gewoonten zitten vaak diep ingebakken. Het leven is niet altijd makkelijk en niet iedereen krijgt evenveel voor zijn kiezen.” Roefs leidt momenteel een project waarin onderzoek wordt gedaan naar welke psychologische, gedragsmatige, omgevingsgerelateerde, persoonlijke en biologische kenmerken bepalen hoe effectief een intensieve leefstijlinterventie op individueel niveau is, zowel op korte als op lange termijn.
“De eerste resultaten wijzen erop dat de beste resultaten worden behaald als iemand erin slaagt om gewoonten in het dagelijks leven te veranderen”, vertelt Roefs. Tijdelijke diëten hebben volgens haar geen zin. “Je kunt nooit meer terug naar het eetpatroon waardoor je overgewicht hebt gekregen. Een langdurige gezonde leefstijl werkt langer door en is een beter voorbeeld voor je kinderen: in plaats van te kiezen voor een snelle oplossing, zorg je actief voor jezelf.” Ze benoemt wel ook meteen hoe moeilijk het is om gewoonten te veranderen. Dat is een geleidelijk en levenslang proces is waar mensen goed in moeten worden ondersteund.
Anne Roefs is hoogleraar Psychologie en Neurowetenschappen van Abnormaal Eetgedrag aan de Faculty of Psychology and Neuroscience (FPN), waar ze voorzitter is van de sectie Eetstoornissen en Obesitas.

Consumeren is volgens Roefs niet de oplossing. “De voedingsindustrie maakt enorme winsten en berokkent veel schade via marketing en hypersmakelijk, calorierijk voedsel dat weinig voedingsstoffen bevat. In plaats van dat we daar wat aan doen, is het nu de farmaceutische industrie die grote winsten maakt. En in reactie daarop heeft Nestlé weer een voedselmerk geïntroduceerd dat speciaal gericht is op gebruikers van GLP-1, oftewel medicijnen voor gewichtsverlies.” Het winstmotief is daarbij belangrijk, omdat deze farmaceutische middelen mensen niet genezen, maar een chronische behandeling zijn: je moet ze blijven gebruiken om te voorkomen dat je weer aankomt.
Geen lapmiddeltjes maar holistische veranderingen
Ook stofwisselingsexpert Goossens benoemt dat mensen zich niet rijk moeten rekenen als hun vetpercentage weer in de groene zone zit. “Uit onderzoek blijkt dat na twee jaar meer dan de helft van kilo’s er weer aan zit. Na vijf jaar is dat zelfs ruim 75%. Als je afvalt, verhoogt je lichaam het hongergevoel en neemt het energieverbruik af.” Hoewel je voornamelijk vet kwijtraakt als je afvalt, is zo'n 25% van de verloren kilo’s spiermassa. Dat verklaart het lagere energieverbruik echter slechts ten dele. “De daling in het energieverbruik is sterker dan je zou verwachten op basis van de veranderingen in de lichaamssamenstelling. Dat heet ‘metabole adaptatie’. Hoe dat precies werkt, is nog niet helemaal bekend.”
Dus als iemand met obesitas een gezond gewicht heeft bereikt, kan die minder calorieën tot zich nemen om op een gezond gewicht te blijven dan iemand met precies dezelfde lichaamssamenstelling die geen obesitas heeft gehad. Bovendien heeft die persoon meer honger. Ozempic zou een langetermijnoplossing kunnen zijn. Goossens benadrukt opnieuw dat we dit ook bij andere ziektes doen, maar geeft toe dat het problematisch is dat we in een wereld leven waarin dit noodzakelijk is en obesitas een veelvoorkomend probleem is. Het is om allerlei redenen handiger als mensen überhaupt geen obesitas krijgen. Hoewel Goossens en Roefs het niet volledig met elkaar eens zijn over of medicijnen voor gewichtsverlies noodzakelijk zijn of ons juist afleiden van de echte veranderingen die nodig zijn, zijn ze het er wel over eens welke veranderingen precies nodig zijn.
Doe mee met het onderzoek:
Vind jij het ook belangrijk dat we de obesitaspandemie beter begrijpen, en wil je bijdragen aan effectievere en persoonlijkere behandelingen voor overgewicht? Meld je dan nu aan voor dit onderzoek! Vooral mannen (van elke gewichtscategorie) en vrouwen met een gezond gewicht of met overgewicht (BMI 25-30) zijn welkom.

Zo moet het betaalbaar en makkelijk zijn om gezonde keuzes te maken, moeten kinderen al op jonge leeftijd goede gewoontes krijgen aangeleerd, ongeacht hun sociaaleconomische achtergrond, en moeten chronische stress, onzekerheid en eenzaamheid de uitzondering zijn in plaats van de norm. Beiden zijn het erover eens dat ‘health at every size’ een gevaarlijke mythe is, maar benadrukken wel dat het stigma rond obesitas contraproductief is, omdat het gezond gedrag juist in de weg staat. Roefs voegt daar nog aan toe dat leefstijlveranderingen weliswaar blijvend moeten zijn, maar dat dat niet betekent dat je nooit een uitzondering kunt maken. “Als je zo'n 80% of 90% van de tijd gezond leeft en eet, is dat goed genoeg.” Er is dus nog ruimte voor een lekker croissantje zo nu en dan.
Tekst: Florian Raith
Lees ook
-
The European Universities initiative is reshaping the landscape of higher education in Europe. A recent EU report explores the progress made by the initiative since its launch in 2019, highlighting its achievements, challenges, and future potential.
-
Dien jouw paper in voor de 'Truth & Authority Conference'.
-
Tijdens de 49ste Dies Natalis hadden we de eer om een eredoctoraat uit te reiken aan professor Katrin Amunts. Als vooraanstaand neurowetenschapper heeft zij met haar baanbrekende onderzoek naar de structuur en functie van het menselijk brein een onschatbare bijdrage geleverd aan de wetenschap.