Blog van de decaan aflevering 19: onze faculteit in Times Higher Education top 10 van juridische faculteiten in Europa

door: in Rechtsgeleerdheid
LAW_THE_subject_2020.png

Afgelopen week kwam de nieuwe Times Higher Education ranking van juridische faculteiten uit. Onze faculteit doet het daarin heel goed en staat op plek 10 van juridische faculteiten in Europa en op plek 40 wereldwijd. Wat moeten we hier mee?

In 2005 schreef de Leidse hoogleraar Hans Nieuwenhuis een prachtig redactioneel onder de titel: “Een nieuw kinderspel: ranking.” Hij brak hierin de staf over de toen in opkomst zijnde praktijk om juridische auteurs te rangschikken op basis van aantallen citaties of downloads. Nieuwenhuis’ conclusie was net zo helder als de titel van zijn artikel: “Ranking? Hou onmiddellijk op met dit kinderachtig gedoe.” Hoewel de argumenten van Nieuwenhuis hout snijden – een kwantitatieve score kan ons nimmer ontslaan van de plicht de kwaliteit als zodanig te beoordelen – is ranking nog maar lastig weg te denken uit de wetenschap. Niet alleen wetenschappers, ook universiteiten en faculteiten worden met enige regelmaat geclassificeerd op basis van cijfermatige gegevens.

Een belangrijke ranking is de jaarlijkse The Times Higher Education World University Ranking. Die bevat niet alleen een ranking van de 500 beste universiteiten (met de Universiteit Maastricht op plek 127), maar ook een ranking van juridische faculteiten. Vorige week verscheen de THE ranking voor 2020. Op de eerste plek staat Stanford Law School, gevolgd door de juridische faculteiten van Cambridge, Yale, Oxford en Chicago. Opvallend genoeg zijn de eerste 26 plaatsen voor Engelstalige faculteiten. Onze faculteit staat wereldwijd op plek 40. Daarmee vertonen we een duidelijk stijgende lijn: in 2018 stonden we op plek 61, vorig jaar op plek 46. Interessant is dat maar liefst vier Nederlandse juridische faculteiten in de top 40 staan: naast Maastricht zijn dat Leiden, de UvA en Utrecht. De enige andere Europees-continentale faculteit in de top 40 is Leuven (op plek 31). De eerste Duitse faculteit (Frankfurt) komt pas op plek 43. Maastricht staat op plek 10 van alle Europese (inclusief die in het Verenigd Koninkrijk) faculteiten, waarmee we vergeleken met vorig jaar zes plaatsen stijgen. Nog even voor de statistieken: van alle faculteiten binnen de UM heeft de onze verreweg de hoogste plaats. Wie alleen kijkt naar de ranking van jonge universiteiten (daarvan bestaat weer een aparte THE ranking), dan staan we ná City University Hong Kong op de tweede plek (en de UM als geheel op plek 10).

Is deze mooie plaats in de THE classificatie reden tot vreugde? Naast de bezwaren van Nieuwenhuis, weten we allemaal hoe het werkt met dit soort rankings. Wie stijgt klopt zich op de borst; wie het de volgende keer minder goed doet, verzwijgt de resultaten liever. Vorige week hebben we de resultaten dan ook met trots gedeeld op de website en via Twitter: wie van 1400 onderzochte universiteiten in de top 40 eindigt, mag dat laten weten. Belangrijker dan de plek in de ranking, zijn echter de onderliggende gegevens waarop die is gebaseerd en de vraag of we daar iets van kunnen leren. Wat is de methodologie van de THE ranking? De classificatie vindt plaats op basis van 13 indicatoren met elk een eigen gewicht. Voor de subject ranking law telt onderwijs (onderverdeeld in leeromgeving, reputatie, staf-student ratio, aantal gepromoveerde stafleden) mee voor 32,7%, onderzoek (aantal publicaties, externe geldstromen en reputatie) voor 30,8%, citaties voor 25%, internationale oriëntatie voor 9% en vierde geldstroom voor 2,5%. De UM scoort voor de internationale oriëntatie zeer hoog (wereldwijd de vijfde plaats met 92,4), zit voor onderwijs (64,8) en onderzoek (62,2) iets onder plek 40 en voor citaties (met 32,9) heel veel lager.

De ultieme vraag is of we de plek in de ranking zelf kunnen beïnvloeden en zo ja, of we dat ook willen. Waar de UM als geheel relatief slecht scoort, is bij het aantal citaties. Daar moeten van juristen – bij gebreke van een goede citatieanalyse – echter geen wonderen worden verwacht. Beïnvloeding van de staf-student ratio (voor de UM 18,6 studenten per staflid) en van het aantal publicaties is in theorie wel mogelijk, maar vereist aanzienlijke investeringen. Deels worden die op dit moment gedaan. De enige gezonde houding lijkt om de rankings te nemen voor wat ze zijn: een kinderspel, dus leuk als je wint.

  Meer blogs op Law Blogs Maastricht
Labels: