Is de burgemeester vogelvrij?

door: in Rechtsgeleerdheid
red winged blackbird

Bestaat er zoiets als een recht op privéleven voor een burgemeester? En hoe verhoudt dit recht zich met het recht van de pers om de samenleving van informatie te voorzien? Met deze vragen zag de rechtbank van Amsterdam zich geconfronteerd in het geding tussen de voormalige burgemeester van Maastricht, Onno Hoes en Powned. In december 2014 zond het programma PowNews compromitterende beelden en geluidsfragmenten op televisie uit van Hoes en een jongeman gemaakt met verborgen opnameapparatuur. Als gevolg van de uitzendingen van PowNews en de daaropvolgende (hernieuwde) aandacht voor zijn privéleven, zag Hoes zich genoodzaakt op te stappen als burgemeester van Maastricht.

De burgemeester is de spil in de gemeentelijke bestuursstructuur. De burgemeester is het gezicht van de gemeente en de hoeder van de normen van de gemeentelijke samenleving. In de ‘affaire Hoes’ stond voornamelijk het privéleven van de burgemeester centraal. In een verklaring van de fractievoorzitters van de gemeenteraad van Maastricht in december 2013 stelden dezen dat bepaalde gedragingen van de burgemeester schade hadden berokkend aan het gezag en het ambt van de burgemeester. Volgens de fractievoorzitter van D’66 in Maastricht was Hoes vierentwintig uur per dag burgemeester, zeven dagen per week.

De rechtbank van Amsterdam stelt dat de burgemeester een publieke figuur is en op basis van zijn publieke functie openstaat voor meer kritiek dan anderen. Echter, dit betekent volgens de rechtbank niet dat Hoes vogelvrij is. Ook de burgemeester heeft recht op een privéleven, dat bescherming verdient. Het recht op reputatie, als onderdeel van het recht op privé- en familieleven op basis van artikel 8 van het EVRM werd daarom in dit geval afgewogen tegen het recht op vrijheid van meningsuiting op basis van artikel 10 van het EVRM.

Het EHRM heeft meermaals gewezen op de belangrijke rol van de pers in een democratische samenleving. De pers is als publieke waakhond essentieel voor de werking van de moderne democratie. Het EHRM stelt dat het de taak van de pers is om over onderwerpen van publiek belang te berichten en dat alleen in zwaarwegende gevallen de persvrijheid kan worden ingeperkt. De pers is in de uitoefening van haar taak gebonden aan bepaalde grenzen en heeft bepaalde verantwoordelijkheden, voornamelijk aangaande de reputatie en de rechten van anderen. Echter in deze gevallen moet er een belangenafweging plaatsvinden tussen het recht op vrijheid van meningsuiting en het andere in het geding zijnde recht.

Bij de belangenafweging tussen het recht op reputatie van Hoes en de vrijheid van meningsuiting van Powned door de rechtbank zijn op basis van de jurisprudentie van het EHRM een aantal factoren van belang: de bijdrage van de publicatie aan het publieke debat; het onderwerp van de publicatie en de bekendheid van het onderwerp van de publicatie; het voorgaande gedrag van het onderwerp van de publicatie; de methode waarop de informatie is verkregen; de inhoud, vorm en consequenties van de publicatie; en tenslotte de mogelijke sanctie. Bij het toewijzen van de vordering van Hoes hecht de rechtbank veel waarde aan de wijze waarop de informatie door Powned werd verkregen, namelijk door middel van verborgen opnameapparatuur en aan het feit dat bepaalde informatie door Powned was gemanipuleerd.

Ik deel de mening van de rechtbank dat de burgemeester recht heeft op een privéleven en dat dit recht bescherming verdient. Burgemeester Hoes had recht op een zekere privésfeer buiten het publieke domein. De burgemeester moet niet voortdurend op zijn of haar hoede zijn voor verborgen camera’s of microfoons. In dit geval gaat de rechtbank er mijns inziens aan voorbij dat in de onderhavige uitzending niet alleen het privéleven van de burgemeester onderwerp was, maar bovenal het feit dat de burgemeester zelf de keuze maakte bepaalde ambtsgevoelige informatie te delen met de jongeman in kwestie. Hierdoor werd deze informatie deel van het publieke debat en bestond er een recht voor de pers om deze informatie met het publiek te delen en een recht voor het publiek om deze informatie te ontvangen. De burgemeester is dus niet vogelvrij, maar heeft zelf in de hand of bepaalde informatie behoort tot de privésfeer of deel wordt van het publieke debat.