Vervroegd schoolverlaters

Uit het onderzoek blijkt dat het merendeel van de vervroegd schoolverlaters uit schooljaar 2019-2020 schoolgerelateerde oorzaken of (geestelijke) gezondheidsproblemen noemt als belangrijkste reden om te stoppen met de opleiding. Enkel 2% van de vervroegd schoolverlaters geeft expliciet aan dat COVID-19 de belangrijkste reden was om te stoppen. Volgens de onderzoekers kan de pandemie echter ook een rol hebben gespeeld bij andere redenen om te vervroegd te stoppen met de opleiding. Vergeleken met één cohortjaar eerder is een groter deel van de vervroegd schoolverlaters in het najaar van 2021 aan het werk. Ook studeren ze minder vaak. Hieruit volgt dus dat vervroegd schoolverlaters nu minder vaak weer hun studie opnieuw oppakken en vaker ongediplomeerd werk verrichten. Ondanks een afname ten opzichte van één cohortjaar eerder blijft het merendeel van de vroegtijdig schoolverlaters van plan opnieuw een opleiding te volgen, al weet het overgrote deel hiervan nog niet wanneer en/of welke opleiding.

Gediplomeerde schoolverlaters

De afgestudeerden van schooljaar 2019-2020 waren anderhalf jaar na afstuderen minder vaak werkloos dan de gediplomeerden van één cohortjaar eerder. Ook blijkt uit het onderzoek dat een groter deel van de HAVO- en VWO-afgestudeerden voor een vervolgopleiding koos dan één cohortjaar eerder. Er werd dus minder vaak voor een zogenaamd tussenjaar gekozen dan voorheen. Het feit dat gediplomeerde schoolverlaters tevredener zijn over hun afgeronde studie, ondanks dat deze tijdens de COVID-19 pandemie werd afgerond, hoeft niet te betekenen dat de pandemie geen negatieve invloed heeft gehad. Onderzoek van ROA in het kader van het Nationaal Cohortonderzoek Onderwijs (NCO) op basisscholen liet eerder zien dat de pandemie een negatief effect had op de ontwikkeling van cognitieve vaardigheden van scholieren.