Roermondse begraafplaats weerspiegelt levende stad

In de internationale literatuur worden eind negentiende-eeuwse, vroeg twintigste-eeuwse begraafplaatsen gekenmerkt als ‘spiegel’ van de samenleving. Zij zouden de sociale verhoudingen in de levende stad weerspiegelen. Voor zijn promotieonderzoek toetst Maurice Heemels deze bewering voor het eerst aan de hand van een concreet voorbeeld, namelijk de Roermondse begraafplaats ‘Nabij Kapel in ’t Zand’. Heemels hoopt 16 september te promoveren aan de Universiteit Maastricht.

Uit het onderzoek blijkt dat de Roermondse begraafplaats inderdaad kan worden beschouwd als een ‘spiegel’ van de sociale verhoudingen in de stad Roermond tussen 1870 en 1940. De begraafplaats was als het ware een ‘kleine kopie’, een ‘microkosmos’ van de stad Roermond in deze periode.

Heemels bekijkt de begraafplaats niet alleen vanuit een sociaalhistorisch, cultureel-religieus en kunsthistorisch perspectief, maar breidt het onderzoeksperspectief bovendien uit door aspecten van de begraafcultuur zoals het ritueel van de uitvaart zelf (met als onderdeel bijvoorbeeld de begrafenisstoet) bij het onderzoek te betrekken.

Spiegel
Archiefonderzoek naar de klassenindeling van de begravenen maakt een reconstructie van de sociale verhoudingen in steden en dorpen in die periode mogelijk. Zo blijkt uit onderzoek in de registers van begraven dat er in de Roermondse samenleving en het Roermondse begraven tussen 1870 en 1940 sprake was van opwaartse sociale mobiliteit. “ Winkeliers bijvoorbeeld lieten zich in de loop van de onderzoeksperiode duurder begraven als uitdrukking van hun steeds belangrijkere rol in de Roermondse economie van die tijd.”

De Roermondse begraafplaats is opgedeeld in verschillende klassen. Deze begraafklassen weerspiegelen bepaalde Roermondse straten. “De gegoede burgers die bijvoorbeeld op de Willem II Singel en in de Swalmerstraat woonden, liggen in begraafklasse I. De bewoners van de in die tijd armere straten zoals de Kruisherenstraat en het Begijnhof liggen in begraafklassen III ‘onvermogend’ en IV. Je ziet dat buren in het leven ook buren na de dood werden.”

Eigen leefomgeving
Als historicus en lerarenopleider geschiedenis aan de Fontys Lerarenopleiding Sittard is Maurice Heemels een voorstander van onderzoek naar het verleden aan de hand van concrete voorbeelden uit de eigen leefomgeving. Daarom koos hij zelf ook voor deze persoonlijke invalshoek bij zijn promotieonderzoek. “Mensen zijn in bepaalde mate ‘het product’ van hun voorgeschiedenis. Dit proefschrift zou nooit geschreven zijn als niet op zeer jonge leeftijd mijn vader overleden was. Vanaf mijn kinderjaren kom ik jaarlijks rond Allerzielen op het oude parochiekerkhof in Melick, de ‘kirkberg’ om het graf van mijn ouders te verzorgen. Aan hen heb ik mijn proefschrift dan ook opgedragen.”

Maurice Heemels verdedigt zijn proefschrift ‘Op den akker des doods, waar allen gelijk worden. Begraafcultuur in Roermond 1870-1940’ vrijdag 16 september om 14.00 op de Minderbroedersberg in Maastricht.

Lees ook

  • Cyrus Mody, geschiedkundige op het gebied van wetenschap en technologie aan de Faculteit der Cultuur- en Maatschappijwetenschappen, heeft een NWO Vici beurs ontvangen van €1,500,000.

  • Op 29 en 30 maart organiseert het Maastricht Centre for the Innovation of Classical Music (MCICM) een bijzonder symposium in respectievelijk de St. Janskerk en het Conservatorium in Maastricht. Aanleiding voor het internationale symposium is de oratie van prof. dr. Peter Peters, bijzonder hoogleraar...