‘Sorry seems to be the hardest word’

In een recent artikel in het prestigieuze Oxford Journal of Legal Studies onderzoekt professor mr. Gijs van Dijck, hoogleraar privaatrecht aan de Universiteit Maastricht, of door de rechter afgedwongen excuses zin hebben. De conventionele gedachte is dat excuses alleen zinvol zijn als ze oprecht worden uitgesproken en dat is in rechtszaken maar zelden het geval. Een ander argument tegen afgedwongen excuses heeft te maken met de vrijheid van meningsuiting. Die vrijheid zou geweld worden aangedaan als iemand verplicht excuses moet uitspreken. Om deze beide redenen legt de rechter hoogst zelden excuses op. Onterecht, zegt Van Dijck.

Voorbeelden

Gijs van Dijck: “Laat ik een paar voorbeelden geven: een werknemer wordt verdacht van diefstal. Die verdenking wordt niet goed onderzocht door de werkgever, die de werknemer ontslaat. De reputatie van de ontslagen persoon is zwaar beschadigd, dus hij spant een rechtszaak aan tegen zijn werkgever, eist zijn baan terug, wil eerherstel en excuses. Een homoseksuele man voelt zich gediscrimineerd door uitlatingen in een radioprogramma en wil excuses. Zou een rechter in gevallen als deze excuses moeten opleggen?”

Oprecht

Psychologisch onderzoek heeft aangetoond dat excuses kunnen bijdragen aan het welbevinden van de ontvanger van de excuses. Toch bestaat in het juridisch domein, en eigenlijk in de hele maatschappij, de overtuiging dat excuses alleen maar zin hebben als ze oprecht zijn. Die gedachte is de oorzaak van dat rechters het moeilijk vinden iemand ‘sorry’ te laten zeggen. Van Dijck onderzocht of niet-oprechte en afgedwongen excuses inderdaad geen functie hebben. Dat bleek niet te kloppen. Het tweede argument tegen excuses eisen is schending van vrijheid van meningsuiting. Die biedt namelijk niet alleen de vrijheid om te spreken, maar ook de vrijheid iets NIET te hoeven zeggen. Van Dijck zegt dat deze vrijheid geen absoluut recht is en daarom niet in de weg hoeft te staan aan het opleggen van excuses, zeker als daar een wettelijke basis voor bestaat. Die geeft de rechter de mogelijkheid de vrijheid van meningsuiting te ‘overrulen’. Van Dijck: “Daarnaast moeten de excuses in verhouding staan tot het onrecht. Daar is bijvoorbeeld geen sprake van als de werkgever of radiopresentator een week lang op de markt moet staan met een bord waarop staat ‘ik heb verkeerd gehandeld’.”

Functies

Van Dijck beseft dat oprechtheid belangrijk is, maar zijn onderzoek laat zien dat excuses ook andere functies hebben. “Signalering is daar een van: als de rechter iemand dwingt excuses aan te bieden, dan geeft hij een duidelijk signaal af dat iets echt niet mag. Validatie is een andere functie: bij formele excuses wordt het probleem van de benadeelde partij officieel erkend en serieus genomen. De derde functie is het herstellen van de sociale balans. Denk aan een kind dat op het schoolplein sorry moet zeggen tegen een ander kind. Daarmee wordt aangetoond dat hij iets verkeerds heeft gedaan en staan beide kinderen weer op een vergelijkbare positie. Hetzelfde effect kan optreden bij volwassenen.”

Zelden gevorderd

Van Dijck ontdekte dat excuses uiterst zelden worden geëist in het privaatrecht, in ongeveer 100 gevallen op meer dan 100.000 rechtszaken die konden worden doorzocht. Niet alleen omdat rechters moeite hebben met de eis om excuses vanwege de hierboven genoemde argumenten, maar ook omdat advocaten erg monetair gericht zijn. Ze eisen liever een geldbedrag dan een verontschuldiging. Daarbij komt dat de inzet van advocaten kostbaar is en je als partij héél graag excuses moet willen om daar zoveel geld voor te betalen. Van de weinige gevallen waarin excuses werden opgelegd, was ongeveer 90% een rectificatie met excuses als onderdeel. Heel apart in dit verband: in zaken waarin rectificatie en excuses worden gevorderd, schrapt de rechter stelselmatig op eigen houtje de regel met excuses uit de te publiceren rectificatie, zelfs als de tegenpartij er geen verweer tegen voert. Ook hier weer vanuit het hardnekkige probleem met niet-oprechtheid en vrijheid van meningsuiting. Van Dijcks onderzoek weerlegt deze argumenten en kan ervoor zorgen dat in de toekomst meer gebruik wordt gemaakt van het recht excuses te eisen en te ontvangen.

Lees ook